Na The Water Diviner maakt Russell Crowe voor de tweede keer een uitstapje van acteur naar regisseur. Met Poker Face, dat volledig is geschoten in zijn thuisland Australië, doet hij een poging een spannende 'home invasion'-film te maken. De gerenommeerde acteur kruipt zelf in de huid van Jake Foley, de steenrijke eigenaar van een groot beveiligingsbedrijf die zijn vrienden uitnodigt voor een pokeravondje met hoge inzet.
Een crimineel die kunst uit Foleys huis wil stelen, komt de boel echter verstoren. In de aanloop naar deze inbraak probeert regisseur Crowe met een Hitchcockiaanse opbouw de spanning te laten stijgen. Helaas zet hij te veel op in een te korte tijd. Poker Face denkt met veel gebluf een heel eind te komen. De eerste helft is echter onnodig cryptisch over de motivaties van onduidelijke personages, waardoor coherentie ontbreekt. Als in de tweede helft vervolgens de clou wordt onthuld liggen meteen alle kaarten op tafel en is de meest fatsoenlijke reactie "is dat het?". Voor een film die de halve speelduur aan opbouw besteedt, is de twist bijzonder onbevredigend. Zelfs het onvermijdelijke grote eindgevecht heeft geen pay-off.
De hele climax is een onspectaculaire actiescène die nooit een gevoel van gevaar overbrengt. De grootste dreiging komt van de grote slechterik die Russell Crowe onder schot houdt. Omdat Crowes plan tegen die tijd al is onthuld, lijkt hij nooit aan de verliezende hand te zijn. De film is geen Death Note (de anime) die vermakelijk laat zien hoe superieur het hoofdpersonage is, maar ook geen Ocean's Eleven die met een bizarre twist een nieuwe laag van het plan onthult. Nee, zodra de clou bekend is heb je meteen alle kennis om te begrijpen hoe de vork in elkaar steekt. De twists die de film pretendeert te hebben zijn niet oprecht, en er is geen ruimte voor een echt goede verrassing. Zelfs de actiescènes zijn minder indrukwekkend en overtuigend dan die van oude James Bond-films.
Zodra de slechteriken verslagen zijn is er een hilarisch sentimentele en plotselinge voice-over van Russell Crowe. Het is treurig om te zien hoe de film tevergeefs een emotionele kern probeert te hebben. Crowe is zo gefixeerd op het toewerken naar een epische climax dat hij vergeet daadwerkelijk een mooi rond einde te creëren. Uiteindelijk is het interieur van het huis nog het meest spectaculair, waar overigens weinig creatiefs mee wordt gedaan. Poker Face is een pokerspeler die door blijft spelen zonder fatsoenlijke kaarten te hebben, waardoor niemand dit lachertje nog serieus neemt.