Over de multiculturele samenleving is een heleboel gezegd en wordt wellicht nog wel meer gezwegen. De één beschouwt haar als geslaagd, terwijl de ander haar hopeloos mislukt acht. Ze vormt in ieder geval de hedendaagse realiteit, al kun je je afvragen of beladen begrippen zoals etnische achtergronden of allochtoon nog wel gebezigd moeten worden bij de huidige generatie jongeren. Dat de multiculturele samenleving een verrijking kan zijn en juist begrip tussen medelanders van verschillend allooi kan kweken, bewees de veelgeprezen feelgoodroadmovie Rabat van Jim Taihuttu. De keerzijde ervan wordt belicht in de officieuze opvolger Wolf.
Niet alleen qua opvatting over de multiculturaliteit contrasteren Taihuttu's speelfilmdebuut en diens tweede flink. De maker beaamt ook dat ze wat beeldtaal en thematiek betreft evidente tegenpolen zijn. Rabat was kleurrijk, vrolijk, bemoedigend en gaat over de vriendschap met alle ups en downs. Wolf is ruw, deprimerend en geschoten in korrelig zwart-wit. In de weinig opbeurende setting van Taihuttu's tweede speelfilm is het een kwestie van overleven en vooral voor jezelf zorgen. Vriendschap moet altijd met argusogen bekeken worden omdat je beste vrienden je een minuut later een loer kunnen draaien..
Wat beide films gemeen hebben is de aanwezigheid van Marwan Kenzari. Hier speelt hij de krachtige hoofd- en titelrol van kickbokser Majid die opvalt door zijn bikkelharde en genadeloze vechtstijl. In het leven stelt hij zich al net zo op als binnen de ring. Zoon van allochtone ouders die maar moeilijk vat op hem krijgen. Oudere broer van een jochie dat aan het begin van zijn puberteit staat en enorm tegen hem opkijkt en braaf naar hem luistert. Jongere broer van Hamza, die in het ziekenhuis vecht tegen kanker. Op straat laat Majid niet over zich heen lopen, wat hem juist vatbaar maakt voor foute vrienden, een met alle winden meewaaiend vriendinnetje en de verregaande invloed van een Turkse maffiabaas.
Taihuttu verontschuldigt zich nergens voor, zelfs niet voor de vele clichés die hij hier presenteert. Het is ongetwijfeld koren op de molen van mensen met foute rechtse ideeën, maar Taihuttu provoceert ze graag. Je hebt nou eenmaal Marokkaanse jongens die gebroederlijk naar Rabat gaan en jongens die zonder enige genade iemand compleet in elkaar trappen. Gevolg van de bikkelharde portrettering van Taihuttu's hoofdpersoon is dat al zijn omstanders er maar wat bijhangen. Majids beste vriend is wat kleurloos. Majids trainer, die als één van de weinigen vat heeft op zijn pupil, had een grotere plek in het geheel verdiend. Maar ook met de aanwezigheid van Gouden Kalf-winnaar Nasrdin Dchar wordt teleurstellend weinig gedaan. De talentvolle acteur heeft veel over gehad voor zijn rol, maar krijgt nauwelijks de ruimte om zijn talenten tentoon te spreiden. Zelfs binnen de vier muren van een ziekenhuiskamer waren hiervoor legio mogelijkheden geweest.
Het is wellicht ingegeven door een angst van de filmmaker om te veel sentiment - al dan niet van het valse soort - toe te voegen aan alle negatieve emoties die door Majids hoofd jagen. Terwijl dat juist wat meer nuance had kunnen brengen. Ook de titel en de betekenis ervan in Majids cultuur had best wat meer duiding mogen krijgen. Nu blijft het bij een ontmoeting met het roofdier in de bossen van Turkije. Dit wordt echter ruimschoots gecompenseerd door Taihuttus bewonderenswaardige trefzekerheid en zelfverzekerdheid. Hij schotelt ons geen prettige wereld voor of de hoop dat het ooit nog eens wat gaat worden met het leven van Majid. Kenzari toont zich een veelzijdig acteur die met gemak de loodzware hoofdrol op zijn flink getrainde schouders neemt. Wolf is rauw en ongepolijst. Het heeft in ieder geval één van de beste trailers uit de Hollandse cinema in jaren opgeleverd die een uitstekend voorproefje van de complete speelfilm is.