Toen Theo van Gogh op 2 november 2004 werd vermoord, verkeerde hij juist in de afrondende fase van zijn film 06/05. Deze thriller verkende het idee dat de moord op aspirant-politicus Pim Fortuyn een samenzwering zou zijn geweest. Hoewel Van Goghs naam destijds dagelijks in het nieuws was en er opvallende gelijkenissen waren tussen de moorden op de cineast en de politicus, liep het publiek nauwelijks warm voor de film. Mogelijk omdat men even de buik vol had van moord en schimmige achterkamertjespolitiek, maar misschien ook wel omdat Theo van Gogh als regisseur slecht in de markt lag. Helaas had Van Gogh enkele hechte vrienden die zich sindsdien te pas en te onpas in de media hebben uitgelaten over diens leven en vooral zijn dood. Tien jaar later zijn ze blijkbaar nog steeds niet klaar, dus wordt het hele samenzweringsriedeltje opnieuw afgedraaid. Ditmaal met Theo van Gogh als lijdend voorwerp.
2/11 - Het Spel van de Wolf is geschreven door Theodor Holman en Gijs van de Westelaken, met wie Van Gogh niet alleen bevriend was, maar ook geregeld samenwerkte. De titel die hun film draagt, spiegelt die van Van Goghs laatste productie, wat al direct duidelijk maakt wat ze pogen te bepleiten: 2 november is een datum die bij iedere Nederlander in het geheugen gegrift moet staan, net zoals 6 mei. Opvallend genoeg wordt dat ook ditmaal gedaan middels een lichtelijk ongepast leesteken; datumnotatie doen we het Nederlands namelijk doorgaans met een liggend streepje. Maar ja, zonder schuine streep lijkt het natuurlijk niet genoeg op het Amerikaanse equivalent 9/11
Holman en Van de Westelaken vertellen hun verhaal op dezelfde wijze als 06/05, wat betekent dat Theo van Gogh noch zijn moordenaar Mohammed Bouyeri ooit in beeld komt. De welbekende gebeurtenissen op de Amsterdamse Linnaeusstraat worden louter gecommuniceerd door middel van nieuwsbeelden. Wat we wel te zien krijgen, zijn enkele AIVD-medewerkers die Bouyeri in de gaten hielden. Of eigenlijk hadden moeten houden, want hoewel de extremistische moslim een bekende was van de inlichtingendienst, heeft men nogal wat ogen toegeknepen. Waarom niet ingegrepen werd om de moord op Van Gogh te voorkomen? Omdat er blijkbaar een groter plaatje was om rekening mee te houden. Daarnaast is er de kwestie van gezichtsverlies voor prominente figuren. Dus wanneer de verantwoordelijke minister onterecht aan de pers vertelt dat Bouyeri een onbeduidende eenling was, moeten de AIVDers ineens aan de bak om diens centrale rol in de Hofstadgroep te verdoezelen.
Het moeilijke aan een film als deze is dat je hem nauwelijks kunt beoordelen op het verhaal. Immers, enkel wanneer je volledig bent ingelezen op de zaak, valt enigszins te zeggen in hoeverre de makers zich hebben overgegeven aan speculatie. Maar ook al zouden Holman en Van de Westelaken zich strikt aan de feiten hebben gehouden (zoals ze zelf graag verkondigen), dan is dat nog geen garantie voor een boeiende film. Andersom geldt dat het lichtelijk vergelijkbare JFK door velen tegen het licht is gehouden en is afgedaan als een vergezochte complottheorie, maar desondanks als film overeind blijft, puur vanwege zijn filmische kwaliteiten. Het ontbreekt 2/11 simpelweg aan dat laatste.
Om te beginnen zit het script vol met onnatuurlijk klinkende dialogen. Holman en Van de Westelaken grossieren in uitleggerige volzinnen, waar de acteurs duidelijk geen raad mee weten; bijna geen enkele zin wordt met de juiste intonatie uitgesproken. Wat evenmin helpt is dat in de casting een paar vreemde missers zijn begaan. Dat AIVD-directeur Sybrand van Hulst wordt gespeeld door iemand die totaal niet op de echte Van Hulst lijkt, valt best te vergeven, maar dat de acteur in kwestie een onmiskenbaar Belgische tongval heeft, leidt enorm af. Maar wat de film het meest opbreekt, is een schromelijk gebrek aan boeiende scènes. Niet alleen qua verhaalontwikkeling, maar ook vanuit filmisch oogpunt. Enkel met het allerlaatste shot wordt op visuele wijze overtuigend iets richting kijker gecommuniceerd. Leuk gedaan, maar helaas veel te laat.
Het lijkt erop dat de makers een serieuze film voor ogen stond waarin op subtiele wijze de achterkant van de samenleving wordt geschetst. Een film in de geest van de Britse spionageauteur John le Carré dus. Laat een van diens werken nu onlangs zeer geslaagd zijn verfilmd; A Most Wanted Man is weliswaar ingetogen en traag, maar door zijn goede acteerprestaties en sterke camerawerk toch uiterst intrigerend. 2/11 kan daar met zijn ondermaatse dialogen, vlakke acteerwerk en gebrek aan visie op geen enkele wijze aan tippen. Naar verluidt wilden Holman en Van de Westelaken aanvankelijk geen film maken over de moord op Van Gogh omdat dit een thema was waar ze zich te betrokken voor achtten. Toen het idee kwam om de film te maken zoals 06/05 gingen ze toch overstag. Waarschijnlijk is het daar fout gegaan: te veel betrokkenheid en geïnspireerd door een ongeïnspireerde film.