Wat maakt geld slecht, mijmert James Franco's personage in Good People. Geld is niet slecht, het zijn de mensen die er slechte dingen mee doen. Daarmee praat hij het goed om een partij bloedgeld te houden, dat hij per toeval heeft gevonden. Maar in filmland is zo'n vondst nooit zonder gevolgen en is het geen goed idee om een dergelijk fortuin achterover te drukken.
Tom en Anna vormen de 'goede mensen' uit de filmtitel. Het getrouwde stel heeft het financieel moeilijk want Tom heeft niet genoeg werk en Anna raakt maar niet zwanger. Op een dag treffen ze hun huurder in de kelder dood aan en vinden daarbij meteen een paar ton aan geld in een tas. Ze nemen de dollars mee en vertellen de politie daar niet over. Hoewel Anna het in eerste instantie aan de politie wil overhandigen, overtuigt Tom haar dat ze het geld goed kunnen gebruiken. Zo kunnen ze hun huur betalen en zijn er genoeg centen voor die dure ivf-behandeling. Veel overtuiging heeft Anna niet nodig en samen liegen ze tegen de agenten die langskomen om de dood van de huurder te onderzoeken.
Het duurt echter niet lang voor er meerdere mensen op de stoep staan om het geld op te eisen. Zij bedreigen en mishandelen zowel Tom als Anna om erachter te komen waar ze het geld hebben verstopt. Hun leven verandert van de een op de andere dag in een nachtmerrie, waarin meerdere criminelen ze een kopje kleiner willen maken.
Aan de sfeer van Good People ligt het niet. Regenachtige taferelen, grijze tinten en een wrede overval waarbij doden vallen, zetten de toon. Maar dan komen de hoofdpersonages in beeld en keldert het niveau. Er is momenteel geen acteur zoals James Franco die zowel succesvolle grote komedies maakt, kleine arthouseprojecten doet en zelf regisseert. Maar tussendoor maakt hij ook wel eens een slechte B-thriller zoals het tenenkrommende Homefront vorig jaar. Helaas hoort Good People ook in dat rijtje thuis. Zowel Franco als Hudson lijken hun rol op de automatische piloot te spelen. Niet alleen de chemie ontbreekt, maar ook de overtuiging. Zelfs Tom Wilkinson als de politieagent is saai en vlak, terwijl hij toch meestal wel wat charisma aan zijn rollen weet mee te geven. Omar Sy en Sam Spruill krijgen weinig speelruimte, maar zijn als de slechteriken nog het levendigst en interessantst. Ze spelen misschien eendimensionale types, maar komen wel extreem wreed over. Het is dan ook helemaal niet geloofwaardig dat Tom en Anna besluiten om het geld niet over te dragen en het op te nemen tegen deze mannen. Gebroken vingers, aanranding; het doet ze niet van gedachten veranderen.
Voor de Deense regisseur Henrik Ruben Genz vormt dit zijn eerste Amerikaanse film. Genz stond eerder aan het roer van tv- serie The Killing. Je ziet dat hij dezelfde sfeer weet te creëren met de kleurtinten, maar als je geen goed scenario hebt en je acteurs lijken te slapen, houdt het natuurlijk op. De finale waarin iedereen elkaar van kant probeert te maken, is nog onverwacht aardig en inventief, maar het echte einde zag je in minuut zeven al aankomen. Bijzonder spijtig, want met zo'n leuke cast had er toch meer leven ingeblazen kunnen worden. Dat was de film nog steeds geen topper geweest, maar zeker een niveau hoger dan nu het geval is.