Er is zestien jaar verstreken sinds het verschijnen van de eerste Kung Fu Panda en nog steeds blijkt de sullige mollige pandabeer Po een dankbaar personage. Want als het erop aankomt weet de klungelige Po zijn talenten in te zetten om een geduchte vijand tegen de vlakte te werken. Het is dan ook niet zo verwonderlijk dat we inmiddels bij het vierde deel zijn aanbeland en ook nog een tv-serie hebben gezien. Om de zwart-witte vechtbeer ontwikkeling door te laten maken onderneemt zijn meester Shifu pogingen om hem te promoveren tot geestelijke leider van de vallei waar hij woont.
Dus zijn er audities op het stadsplein voor de opvolging van Po als Drakenstrijder. De kandidaten hebben elk bijzondere krachten, zijn bliksemsnel en meedogenloos in de strijd. Po kan maar moeilijk kiezen en besluit dat de volgende Drakenleider Po zelf is. Mooi, dan is dat ook weer opgelost, want het driekoppige schrijversteam van dit vierde deel heeft ook wel ingezien dat sommige dingen maar beter bij het oude kunnen blijven.
Daar zit ook wel meteen de zwakte van de reeks waar de makers in theorie eindeloos lang mee door kunnen gaan. In vorige delen werd Po nog bijgestaan door een team vechtersbazen, maar deze zijn in deel vier compleet op de reservebank gezet. Het is niet verwonderlijk dat Po een nieuwe vijand in de ogen mag kijken. Het verrassende is dat hij niet precies weet hoe deze tegenstander eruitziet. Eerst lijkt oude bekende Tai Lung opnieuw zijn opwachting te maken, maar dit blijkt slechts een van de gedaanten waarin een boosaardige kameleon zichzelf kan veranderen.
Er wordt een gekunsteld plot opgetrokken om Po uiteindelijk op een plek met zijn nieuwe vijand te krijgen. Een grijpgrage en razendsnelle eekhoorn die gebekt is als Awkwafina moet Po om de tuin zien te leiden maar wordt al snel ingezet als Po's nieuwe strijdmakker. Parallel aan de zoektocht van Po en deze Zhen gaan Po's biologische en pleegvader ook op zoek. Plotmatig komt het regelmatig tot een stilstand, bijvoorbeeld wanneer Po en Zhen een vechtpartij veroorzaken in een kroeg.
Raakt de formule van Kung Fu Panda enigszins sleets? Dit is wel de voor de hand liggende conclusie, hoe speels en innemend de door Jack Black vertolkte panda ook is. Het feit dat het personage nog jaren mee zou kunnen is niet meteen een rechtvaardiging om dit dan ook maar te doen. Black heeft de stem van zijn welbekende personage ingesproken alsof hij het voor het eerst deed, dus bij hem zit het klad er zeker niet in. Toch treedt een bepaalde moeheid in in het universum van de vechtpanda.
Visueel valt er niets op dit vierde deel aan te merken. De weidse bergachtige Chinese landschapen ogen rijker en gedetailleerde dan ooit. Nieuwe tegenstander De Kameleon biedt allerhande mogelijkheden om origineel uit de hoek te komen, maar de schrijvers benutten het personage niet voldoende. Kung Fu Panda 4 onderscheidt zich weinig van de voorgaande delen. De hoge mate van voorspelbaarheid haalt de glans en verwondering eraf.