In 2003 bracht Disney twee door pretparkattractie geïnspireerde films uit. De een was een groots succes en kennen we allemaal, iets met Johnny Depp en een piratenschip, de ander werd dramatisch slecht ontvangen. De originele Haunted Mansion, met Eddie Murphy in de hoofdrol, was grappig noch spannend en is in de vergetelheid geraakt. Of althans, dat moet Disney gedacht hebben want ze proberen het nu, twintig jaar later, gewoon nog een keer. Lukt het ditmaal wel om een leuk verhaal rondom een van de bekendste attracties uit Disneyland te creëren?
Moeder Gabbie en haar negenjarige zoon Travis verhuizen naar het culturele New Orleans in de hoop op een nieuwe start. Zoals het een spookhuisfilm betaamt betrekken ze een prachtig, maar beetje vervallen buitenkansje van een huis. Geheel volgens formule is het de jonge Travis meteen duidelijk dat het er niet pluis is, maar zijn moeder ziet natuurlijk niks. Kenners van het horrorgenre zien de bui al hangen maar net wanneer je denkt 'daar gaan we weer', jaagt een spook ook de moeder de stuipen of het lijf. Rechtsomkeert maken blijkt helaas geen optie, want het huis laat ze niet meer gaan.
Er zit niks anders op dan het huis proberen te bevrijden van haar bovennatuurlijke krakers en Gabbie schakelt een bont gezelschap van zogenaamde spirituele experts in. Een twijfelachtige paragnost die hoofdzakelijk feesten en partijen doet, een quasi-hipster priester die niet terugdeinst van een leugentje om bestwil, een krankjorume geschiedenisleraar gespecialiseerd in spookhuizen en hoofdpersonage Ben, een niet in spoken gelovende astrofysicus die wandeltours organiseert langs, jawel, spookhuizen. Het samengestelde team gaat de klus aan en komt erachter dat er meer is tussen hemel en aarde terwijl het mysterie van het huis, en haar doorzichtige bewoners, zich ontrafelt.
Hoewel de trailer wellicht anders doet vermoeden is Haunted Mansion een leuke griezelfilm voor het hele gezin. De leeftijdsindicatie in acht nemende want het is zeker niet kaliber Casper het spookje. De insteek is overwegend humoristisch en de film bevat minimale schrikmomenten. Het is absoluut griezelen geblazen voor de wat jongere kijkers, maar het gevoel van dreiging blijft binnen acceptabele perken. De spanning wordt bovendien afgevlakt doordat de personages het huis kunnen verlaten om de normale wereld te bezoeken. Dit ontneemt de kijker het typische claustrofobische gevoel dat spookhuisfilms normaliter zo leuk maakt.
Hoofdpersonage Ben is onlangs zijn vrouw verloren en met thema's zoals rouwverweking en verlies wordt geprobeerd, dik aangezet met opzwellende muziek en close-ups, de film van een emotionele laag te voorzien. Het achtergrondverhaal van Ben voelt echter ontzettend geforceerd aan en hoewel Lakeith Stanfield zijn best doet om iets met al het melodrama te doen, slaagt hij er niet in om de emotie over te brengen. De onderonsjes met de jonge Dillon zijn zelfs op het ongemakkelijke af. Schuldige is het ongeïnspireerde script, waardoor ook de overige personages nooit het niveau van karikatuur ontstijgen.
Er wordt zeker niet slecht geacteerd maar de cast krijgt simpelweg niet genoeg interessant materiaal om iets leuks mee te doen. De personages blijven hierdoor even levenloos als de spoken die ze proberen te verdrijven. Typetjes werken op zich prima voor een dergelijke komische griezelfilm, maar gezien scenarist Katie Dippold waarschijnlijk de complete vrijheid had om een leuk verhaal rondom het spookhuis te schrijven, had ze meer met de personages kunnen en moeten doen. De overduidelijke typecasting van Owen Wilson als sympathieke maar sullige priester en Danny DeVito als absurdistische geschiedenisleraar belichten het luie schrijfwerk extra.
Komediekanon Tiffany Haddisch verzorgt het gros van de komische noten van de film en ze heeft duidelijk veel lol met haar onbeschaamde paragnost-personage. Haar rol is echter zo over de top dat het tegen satire aanschurkt. Het is verbazingwekkend dat regisseur Justin Simien, die met zijn Dear White People juist raciale kwesties aan de kaak stelt, met zo'n ridicule en stereotiepe weergave van een zwarte vrouw met attitude op de proppen komt. Gelukkig weet een enkele flauwe grap wel te landen, maar het verdient allemaal zeker geen originaliteitsprijs.
Ook al is de film dan niet bepaald spannend, ontroerend of grappig, hij is wel degelijk vermakelijk voor jong en oud. Het is een lekker simpel rond verhaal met voldoende tempo dat je voor eventjes transporteert naar de betoverende spookwereld van New Orleans. De muziek is heerlijk sfeervol en de sets en kostuums zien er allemaal prachtig uit. Het spookhuis zit met haar oprekkende muren en lange gangen met schilderijen vol met leuke knipoogjes naar de attractie, maar dat betekent niet zoveel als je nooit naar Disneyland bent geweest.
En dat is precies waar de angel zit. Haunted Mansion voelt meer als een geforceerd verhaal rondom de bekende pretparkattractie dan een originele en spannende griezelfilm. Het blijft dan ook maar de vraag of de instaphorror genoeg is om de huidige, met het internet opgegroeide tienergeneratie te bekoren. Gelukkig is de film wel beter dan zijn voorganger uit 2003.