Bigbug [Netflix]
Recensie

Bigbug [Netflix] (2022)

Deze Franse dystopische komedie is eerder eigenaardig dan duister.

in Recensies
Leestijd: 2 min 25 sec
Regie: Jean-Pierre Jeunet | Scenario: Jean-Pierre Jeunet, Guillaume Laurant | Cast: Elsa Zylberstein (Alice Barelli), Claude Perron (Monique), Stéphane De Groodt (Max), Isabelle Nanty (Françoise), e.a. | Speelduur: 111 minuten | Jaar: 2022

Geautomatiseerde hulp in de huishouding is tegenwoordig heel normaal. Of het nou een terugpratend multimediasysteem is, een slimme koelkast of een robotstofzuiger, de techniek neemt ons steeds meer werk uit handen. In het toekomstbeeld dat Bigbug schetst, heeft deze vooruitgang een vlucht genomen. De hulp in de huishouding is een androïde, de robotstofzuiger kan ook doe-het-zelf-klusjes en ook in de top van de democratie nemen de robots het over. De totalitaire staat die de machines hier najagen komt voor een vreemd groepje burgers wel heel dichtbij wanneer ze door een overijverig beveiligingsprotocol in een huis worden opgesloten.

Dit opgesloten gezelschap bestaat uit een vreemde mix mensen. Het zijn twee exen met ieder een nieuwe vlam en twee tieners uit verschillende huwelijken, plus een toevallig aangewaaide buurvrouw. Alsof dat al niet genoeg grond is voor het nodige drama wordt het huis ook nog eens bevolkt door een vijftal robots met een identiteitscrisis en een hang naar menselijke eigenschappen. Maar ook buiten de vier geavanceerde muren van het huis broeit onrust. De Yonyx, een volk van cyborgs, jaagt een dystopische politiestaat na, met boetes voor onwenselijk of onbehoorlijk gedrag en financiële beloningen voor brave burgers.

De satirische opzet van Bigbug doet daarmee denken aan een willekeurige aflevering van Black Mirror, evenals het vanaf het allereerste begin onafwendbaar lijkende onheil. Deze vermoedelijk maatschappijkritisch bedoelde lading sneeuwt in deze Franse komedie echter snel onder. De precieze bedoeling van deze robotmensen is onduidelijk, evenals de katalysator achter hun totale overname van de westerse beschaving. Google en Meta lijken immers voorlopig niet binnen enkele decennia al vliegende reclamebeeldschermen met gepersonaliseerde advertenties door de straten te sturen.

Zo heeft Bigbug het nodige te winnen als het gaat om humor en vertelling. Vooral een originele draai is soms pijnlijk afwezig. Mensen die in de toekomst met technologie worden gedwongen binnen de lijntjes te kleuren begint een uitverteld verhaal te worden, evenals robots die ondanks eindeloze slimheid geen echte persoonlijkheid krijgen zonder die authentieke menselijke emotie en feilbaarheid. Een verzachtende factor is de visuele geliktheid van het hypermoderne huis. Waar bij het verhaal nog weleens een hoekje is afgesneden, is overduidelijk veel creatieve moeite gestoken in de details van de grotendeels in de nabewerking tot stand gekomen decors.

Deze focus op honderd-en-een geinige eigenaardigheden en dwaze details is alleen ten koste gegaan van waar een film uiteindelijk echt om moet gaan. Het verhaal is niet origineel genoeg, de uitgangspunten van Amélie-filmmaker Jean-Pierre Jeunet niet duidelijk genoeg. Is het een waarschuwende onheilstijding met een uiteindelijke iets te lollig sausje? Of is het meer een toevallig excuus voor eigenaardige humor in een op hol geslagen fantasie? Waarschijnlijk is het beide, maar genieten wordt het daardoor nooit.

Bigbug is te zien bij Netflix.