In 2017 vloog een Nederlandse release van Marrowbone aan onze neus voorbij. Nu zorgt Netflix dat-ie alsnog rechtstreeks onze huiskamer wordt ingepompt. Een vergelijking met het Spaanse The Orphanage is zo gemaakt. Regisseur Sergio G. Sánchez schreef daarvan namelijk het script en producent J.A. Bayona zat destijds in de regiestoel. Slaat bliksem voor de tweede keer op dezelfde plek in, of is er een goede reden dat we 'm nu pas direct-op-streamingdienst krijgen?
Papa Fairbairn was geen aardige man. Moederlief ontvlucht hem vanuit Londen, met haar gezin, richting haar leegstaande ouderlijk huis in Maine. Ook gaan ze allemaal over op haar familienaam, Marrowbone. Maar mams heeft niet lang meer te leven, en om de jeugdzorg te ontvluchten geeft ze zoon Jack de opdracht om haar dood geheim te houden. Om het gezin te verbergen in het huis tot hij oud genoeg is om de voogdij op zich te nemen. Als pa het gezin plotseling gevonden lijkt te hebben, wordt er plotseling geknipt naar zes maanden in de toekomst. De vier jonge Marrowbones zitten nu opgesloten in het huis, samen met een spookverschijning.
Marrowbone laat zich niet makkelijk omschrijven. Er moet nogal een fundering worden gelegd, voordat het mysterie überhaupt de kans kan krijgen om te ademen. En pas dan ontstaat de spookachtige sfeer waar de film het - voorlopig even - van moet hebben. Schaduwen verbergen een ongeziene dreiging, spiegels zijn afgedekt ter bescherming en elk geluid komt extra hard binnen. Griezelige clichés worden smakelijk opgediend, om er vervolgens mee aan de haal te gaan. Net zoals in The Orphanage.
Deze film speelt met je. Marrowbone lijkt zich er zowaar van bewust dat je 'm niet zomaar over je heen laat komen, maar dat je er allerlei theorieën op loslaat. De puzzelstukjes komen op vrij afgemeten tijden en dat wil er wel eens voor zorgen dat sommige segmenten onhandiger overkomen dan andere. Daarnaast gaat het verhaal meerdere malen in een hoge versnelling een geheel andere kant op, om je maar aan het gissen te houden. Dat vraagt nogal wat van je. Maar voor wie het pikt, valt er ook lol te beleven.
Centraal staat de acteerprestatie van George MacKay, al een paar jaar voor zijn doorbraak met 1917. Zijn jongensachtige uitstraling onderstreept hoe hij nog niet klaar is voor de enorme verantwoordelijkheid op zijn schouders, om zo veel verborgen te moeten houden. Het publiek mag zich echter nog meer identificeren met Split-actrice Anya Taylor-Joy, als zijn geheime vriendinnetje en enige verbinding met de buitenwereld. Zij vertegenwoordigt de blik van buitenaf, die niet weet wat er in de haak is. Het is lange tijd een vrij passieve rol, die meer om het lijf had kunnen hebben, maar Taylor-Joy maakt er het beste van.
Doordat Marrowbone zo veel clichés beetpakt en probeert om ze lekker op te schudden, is het verleidelijk een vergelijking met tal van andere films te maken. Dat geeft echter ook te veel weg. Tijdens het kijken ga je dat waarschijnlijk wel doen. De maker lijkt er soms zelfs op te rekenen. Maar dan ligt het gevaar op de loer dat je dit vooral gaat zien als een ietwat slap aftreksel van die andere films. Sánchez is er helaas niet helemaal in geslaagd om deze valkuil te vermijden. En het is niet alsof hij heel expliciet uitdraagt dat deze film als een lekkere pastiche bedoeld is. Daarvoor wordt alles weer te rechtlijnig uitgespeeld.
Het is aan te raden om deze niet in je eentje te kijken, en dan vooral om actief samen te gissen waar het allemaal naartoe gaat. Marrowbone is uiteindelijk meer een raadspelletje dan een film. Dat deed The Orphanage dan toch beter.
Marrowbone is nu te zien bij Netflix.