Het lijkt er steeds meer op dat 2019 in de Nederlandse bioscopen het jaar van de balletfilm is. Nadat onlangs twee films over de beroemde Russische danser Rudolf Nureyev (de speelfilm The White Crow en de documentaire Nureyev) verschenen, is er nu Yuli, over de Cubaanse balletdanser Carlos Acosta. Met als groot verschil dat hij zichzelf speelt, terugblikkend op zijn leven door een dansvoorstelling daarover te regisseren en choreograferen. Een deel van zijn levensverhaal wordt via die interpretatieve dansvoorstelling verteld, afgewisseld met flashbacks waarin jongere acteurs hem spelen. Het resultaat is een interessante, deels originele biopic die veel vaste valkuilen van het genre weet te omzeilen.
Om zijn verhaal naar film om te zetten, werkte Acosta samen met de Spaanse regisseuse Icíar Bollaín (El Olivo, Mataharis) en haar man, de Britse Paul Laverty, al decennia lang de vaste scriptschrijver van Ken Loach, met wie hij samen onder andere I, Daniel Blake, The Wind That Shakes The Barley en hun nieuwste film Sorry We Missed You maakte. De uitdaging was om het leven van de kunstenaar in beeld te brengen en even interessant te maken als zijn kunst. Daarom wordt dat leven deels verbeeld via de door hem gechoreografeerde dans, en zien we hoe hij de repetities regisseert in plaats van de uiteindelijke voorstelling. Zo kan hij zelf nog in beeld komen en af en toe ook een dans voordoen (hij speelt dan zelf zijn vader), terwijl hij officieel sinds 2015 gepensioneerd is als actief danser.
Die vader blijkt een enorm bepalende factor in zijn leven. De film opent met een breakdancewedstrijd in de straten van Havana, die de tienjarige Carlos lijkt te gaan winnen met zijn Michael Jackson-imitatie. Totdat zijn vader hem aan zijn oor wegsleept. Als hij wil dansen, moet hij het ook goed gaan doen volgens vader Pedro, die hem de bijnaam Yuli geeft, de zoon van Ogun, een god en strijder in verschillende Afrikaanse religies. Pedro dwingt zijn zoon op balletles te gaan bij een prestigieuze school. Als Carlos daarvan wegloopt, stuurt zijn vader hem naar een balletkostschool.
Daar waar de meeste vaders van dansende jongens juist niet willen dat hun zonen op ballet gaan, slaat Pedro zijn tienjarige zoon juist als hij niet wil dansen. Gezien de directe betrokkenheid van Carlos Acosta bij de film zou je misschien een eenzijdig, vijandig portret van de vader verwachten, maar Acosta erkent juist de complexe relatie met zijn vader en diens motivaties voor het leed dat hij zijn zoon aandoet - en hoe belangrijk dat was voor Acosta om de wereldwijd gerespecteerde en gevierde danser te worden die hij nu is.
Yuli schuwt de schaduwkanten van Acosta's ego niet, en de manieren waarop hij zichzelf voor de gek houdt. Hij wordt geportretteerd als iemand die goed is geworden door zijn enorme talent en door hard te werken, maar zijn internationale status ook te danken heeft aan de wil en overtuigingskracht van anderen, inclusief zijn vader en zijn lerares. Zo werd hij de eerste zwarte man die Romeo speelde in de beroemde balletversie van Shakespeares klassieker. Ook besteedt de docu aandacht aan hoe het opgroeien in een arme wijk in Havana, het racisme in de Cubaanse maatschappij en de voor- en nadelen van het communisme: hij kan ondanks de armoede gratis les krijgen op een prestigieuze balletschool, maar op latere leeftijd willen zijn vrienden hun leven wagen door op een vlot naar Amerika te drijven omdat hun leven in Cuba uitzichtloos is geworden.
Het verhaal mist daardoor zeker in de tweede helft wel focus, en sommige details lijken vooral belangrijk voor Carlos Acosta zelf maar het wordt niet helemaal duidelijk waarom (een dansscène die suggereert dat hij tijdens zijn tijd in Houston vooral met veel verschillende vrouwen het bed deelde bijvoorbeeld). Een andere verhaallijn - over zijn schizofreen geworden zus - had juist een betere uitwerking verdiend. Desalniettemin is Yuli een boeiende biopic. Door het verhaal deels met dans te vertellen, ook al doet Acosta maar in een paar scènes zelf mee, brengt hij goed over waarom we in zijn leven en danskunst geïnteresseerd zouden moeten zijn.