De Hollanders hoefden na afloop van de Olympische Zomerspelen in het Braziliaanse Rio de Janeiro in 2016 niet bij te betalen voor overbagage. Slechts twee medailles wisten de waterratten van het Nederlandse zwemteam binnen te slepen. Ferry Weertman en Sharon Rouwendaal wisten bij de tien kilometer in open water nog een gouden plak te bemachtigen, waar favorieten als Ranomi Kromowidjojo, Femke Heemskerk en Sebastiaan Verschuren de belofte niet waar konden maken. Een fractie van een seconde maakt het verschil tussen een plek op het podium en grote teleurstelling.
Het is een enorme open deur, maar trainen op professioneel niveau is afzien. Werkelijk alles moet in het werk worden gesteld om je voor te kunnen bereiden op een race bij de Olympische Spelen. Vriendschappen worden op een laag pitje gezet, het thuisfront is met name aan de telefoon de grootste steun en relaties zijn helemaal uit den boze. Een uitzondering geldt voor liefde voor de medezwemmer, die wel begrijpt hoe groot de opoffering voor de topsport moet zijn. Toch is de topsport een eenzaam bestaan, waarbij je beste vriend soms een tam konijn is.
Documentairemaker Suzanne Raes kreeg een uniek inkijkje in de wereld van het professionele zwemmen. Ze volgt hierbij een aantal bekende zwemmers en hun pogingen om alles te geven voor een plekje op het podium op de Spelen. Centraal staat niet alleen de enorme discipline die dit van hen vergt, maar ook de nauwe band die de zwemmers onderhouden met hun trainers. De coaches kennen de lichamen van de Olympiërs misschien nog wel beter dan de zwemmers zelfs. Dit geldt zeker voor de strenge Franse coach die met zijn onconventionele methodes zowel Heemskerk als Rouwendaal tot waanzin drijft.
Wat vooral duidelijk naar voren komt - en waar de titel ook al naar verwijst - is dat de verschillen minimaal zijn. Daarbij kan een verkeerde start of een foute afzet het verschil maken. Wat Raes' portret zo fascinerend maakt, is dat de uitkomst van de inspanningen al bekend zijn. Hoe voelt het om naar al dit geploeter te kijken wetende dat het uiteindelijke in teleurstellend weinig resulteert? De conclusie is dat deze topsporters zo verknocht zijn aan hun sport en de ontberingen die erbij komen kijken dat ze nooit opgeven.
Raes excelleert weliswaar in prachtige montages, maar voorkomt niet dat de narratief af en toe een rommeltje is. Voor wie weinig kaas heeft gegeten van onze zwemequipe werkt dit verwarring in de hand. Zo introduceert de maakster geen namen, is niet altijd duidelijk wiens stem we horen en verdeelt ze haar aandacht niet altijd evenredig. Ondanks deze schoonheidsfoutjes biedt 0,03 Seconde een intrigerende blik in de wereld van de topsport.