Nadat Antonie Kamerling in 2010 een einde aan zijn leven maakte, verwerkte zijn weduwe Isa Hoes haar rouw in het boek Toen Ik Je Zag. Nu is dat boek verfilmd onder dezelfde titel, hoewel 'verfilmd' ruim geïnterpreteerd moet worden. Voordat het drama begint, verschijnt de mededeling dat het boek als basis diende voor de film. In plaats van specifiek te vermelden dat dit drama geïnspireerd is op de waargebeurde geschiedenis achter Antonie Kamerlings zelfdoding, maakt regisseur Ben Verbong er liever iets anders van.
Stukjes van het bronmateriaal zijn gebruikt om er iets eigens van te maken. Denk dus niet dat dit een pure een-op-een overname van het boek is. Dat zou in elk geval de reden van de merkwaardige castingkeuze kunnen zijn. Kamerling was namelijk blond. Egbert-Jan Weeber, die hem speelt, is zeker niet blond. Noortje Herlaar, die de rol van Isa Hoes op haar heeft genomen, is wel blond. Alleen is Hoes dus een brunette.
Dat maakt eigenlijk ook helemaal niets uit, want Weeber en Herlaar zijn niet Kamerling en Hoes. Ze spelen Sebastiaan en Esther. Twee acteurs die beroemd worden dankzij een populaire soapserie en elkaar achter de schermen ontmoeten. Net zoals bij Kamerling en Hoes het geval was. Sebastiaan en Esther hebben ook een zoon en dochter (net als je weet wel) en wonen zelfs in hetzelfde huis als dat van de twee soapies. Maar toch zijn zij dus níét Kamerling en Hoes...?
Dit geforceerde tussenpad, waarin feit en fictie wel erg onhandig door elkaar worden gegooid, levert in eerste instantie een rommelige film op. Details die niet kloppen, situaties die in een andere context worden geplaatst... het is een insteek die Toen Ik Je Zag al bij voorbaat had kunnen smoren. Zeker als je al veel weet over Kamerling is het lastig om goed in de film te komen.
Maar, als je naar dit drama kijkt als portret van een manisch depressieve man, vallen de stukjes wel degelijk in elkaar. Dan is Weeber perfect als de hyperactieve Sebastiaan. Zonder te begrijpen waarom zit hij in een aanhoudende maalstroom van emoties en wordt hij heen en weer geslingerd tussen twee uitersten. De ene keer waant hij zich onverwoestbaar en is hij high van zijn eigen kracht, dan ligt hij als een hoopje ellende op bed, zich duf afvragend wat er met hem aan de hand is.
Die explosieve en onvoorspelbare energie bepaalt het tempo van de film en zorgt voor de beste momenten. Als publiek kan je niet anders dan hulpeloos toekijken als Sebastiaan zich meer en meer distantieert van de realiteit, zich langzaam terugtrekt in zijn bubbel, waarin hij is overgeleverd aan de demonen die hem naar zijn tragische lot leiden.
Verbong had ofwel het beestje bij de naam moeten noemen, ofwel een film moeten maken over twee op zichzelf staande personages waar noch Kamerling, noch Hoes iets mee van doen hadden. Door de gekunstelde artistieke richting is het resultaat niet slecht. En dat is zo verschrikkelijk jammer, omdat hier echt een steengoede film in zit. Uiteindelijk, en dit is bedoeld met al het mogelijke respect, werkt Toen Ik Je Zag uiteindelijk toch het beste als hij zich richt op manische depressiviteit.
Zowel Weeber als Herlaar verdient trouwens een Gouden Kalf voor hun doorleefde spel. Vergeet even wie ze 'echt' zouden moeten voorstellen en hun acteerwerk komt keihard binnen.