De nabije toekomst heeft niet veel goeds voor ons in petto als we moeten geloven. Zeventienjarigen hebben de mogelijkheid om terdoodveroordeelde gevangenen te besturen in een semivirtuele wereld en op seks beluste vetkleppen kunnen zich uitleven in een Sims-achtige omgeving. De mediamagnaat die het brein vormt achter deze waanzin strijkt intussen het geld op. Daarnaast is ook gewoon een actiefilm, waarbij we stiekem mogen genieten van al die vunzigheden en bloedvergieten. Met -regisseurs Mark Neveldine en Brian Taylor aan het roer, weet je wat je ongeveer kan verwachten.
Het idee dat het leven geen spelletje is, gaat niet op in het universum van . De terdoodveroordeelde Kable moet dit aan den lijve ondervinden, wanneer participeren in een spel op leven en dood de enige uitweg is om zijn vrijheid terug te winnen. Degene die in Slayers dertig spelrondes weet te overleven, keert namelijk in de echte wereld terug. Kleine kanttekening: Kable wordt bestuurd door een tiener. Toch is er niemand ooit zo ver gekomen in het spel en Kable begint daardoor zelfs aan populariteit te winnen. Zelf heeft hij zijn eigen (ontsnappings)plan getrokken om terug te keren naar zijn vrouw, maar de makers van het spel doen er uiteraard alles aan om dat te voorkomen.
Een associatie met het vorig jaar verschenen laat niet lang op zich wachten bij het zien van . Gelijk aan dit carcrashfestijn zijn ook hier de beelden grauw en is het concept rechtlijnig. In een woeste montage, waarbij de camera geen moment stil staat, worden de gruwelijkheden op de kijker afgevuurd. Ledematen vliegen door de lucht terwijl Kable zich een weg baant door de kogelregens en ontploffingen. Doordat geen verfilming van een game is, maar liever de chaos van een actiespel weergeeft, werkt dit nog effectief ook.
Het is even fronsen als niet veel later de ethiek rond dit soort vermaak aan de kaak wordt gesteld. Dit was toch een film van het regisseursduo dat met het volkomen gestoorde op de proppen kwam? Blijkbaar was het spelen met mensenlevens iets waar wel een bedenkelijke kant aan moest zitten. Zo nu en dan schemert er in de film iets door waarvan de problemen al in onze huidige maatschappij zijn geworteld. De onpersoonlijkheid, lustbeleving en het voyeurisme die in de kop op steken, schrikken daardoor zelfs af. Helaas vinden Neveldine en Taylor dit gegeven niet interessant genoeg om uit te bouwen, maar gaan ze liever verder met die onbezonnen stijl waar ze mee doorbraken. Technomuziek, neonkleurige beelden en dubieuze figuren als Rick Rape kleuren deze film die iets weg heeft van een veel te lange muziekclip.
Gerard Butler weet zich als Kable te midden van al het geweld prima staande te houden. De acteur heeft een charisma dat vergelijkbaar is met dat van Jason Statham, maar heeft als voordeel iets meer van zijn personage prijs te kunnen geven. Michael C. Hall (bekend van de serie ) zet daar de over-the-top slechterik Ken Castle tegenover. Bijrollen zijn er voor Amber Valletta, Alison Lohman en Ludacris, die voornamelijk in de tweede helft van de film meer tijd op het witte doek krijgen. Tegen die tijd is helaas al te veel verzand in een dertien-in-een-dozijn actiefilm. Er wordt nog halsstarrig geprobeerd om wat van de geflipte flair te behouden, maar de film slaat finaal de plank mis bij een scène waarin Castle een soort musicalperformance weggeeft op het nummer Ive Got You Under My Skin.
De film is niet mislukt, maar had beter kunnen zijn dan het halfgeslaagde broertje van de -films dat hij nu is. Mark Neveldine en Brian Taylor hebben zich met meer ingehouden en daardoor voelt de film serieuzer aan, ondanks de pogingen om het geheel dat hyperactieve adrenalinepompende elan mee te geven. Een paar aardige vondsten die samenhangen met Kables ontsnapping houden de genietbaarheid van deze film toch nog in stand. Na 95 minuten is de kijker met echter wel uitgespeeld.