Toy Story 3
Recensie

Toy Story 3 (2010)

Dit geniale afsluitende deel maakt van de Toy Story-trilogie een van de beste uit de filmgeschiedenis.

in Recensies
Leestijd: 3 min 33 sec
Regie: Lee Unkrich | Stemmencast: Woody (Tom Hanks), Buzz Lightyear (Tim Allen), Jessie (Joan Cusack), Hamm (John Ratzenberger), Michael Keaton (Ken), Jodi Benson (Barbi), e.a. | Speelduur: 103 minuten | Jaar: 2010

Zou Toy Story 3 de vloek die op derde delen rust kunnen doorbreken? Derde delen van geliefde films stelden in het verleden vaak teleur; denk bijvoorbeeld aan The Godfather: Part III, die de kracht van de eerste twee delen niet kon evenaren. Of de derde Spider-Man, die de subtiliteit van de eerste twee delen inruilde voor een te groots opgezette actiefilm. Maar die films hadden één nadeel: ze werden niet gemaakt door Pixar. En Pixar maakt nooit slechte films, een conclusie die na hun zoveelste meesterwerk opnieuw wordt bevestigd.

Vanaf de eerste scène is duidelijk dat alle eventuele zorgen vooraf nergens voor nodig waren. Na een spectaculaire proloog, waar je vooraf eigenlijk zo min mogelijk over moet weten, worden de geliefde personages uit het Toy Story-universum opnieuw geïntroduceerd en wordt duidelijk dat in de tien jaar sinds de vorige film er veel veranderd is. Andy is namelijk geen kleine jongen meer en staat op het punt om naar de universiteit te gaan. Het betekent dat hij moet beslissen wat er met zijn oude speelgoed, waar hij al jaren niets meer mee doet, moet gebeuren. Hij krijgt van zijn moeder de keus om zijn speelgoed op zolder te stallen of te doneren aan een kinderdagverblijf. Hoewel hij voor die eerste optie kiest, komen Woody, Buzz Lightyear en al onze andere helden door een misverstand toch in kinderdagverblijf Sunnyside terecht.

Daar lijken ze te zijn beland in het paradijs op aarde. Een plek waar je nooit bang hoeft te zijn dat kinderen niet meer met je willen spelen als ze ouder worden, omdat er altijd nieuwe kinderen bijkomen. Maar al snel wordt duidelijk dat Sunnyside helemaal niet zo’n fijne plek is en meer gelijkenissen vertoont met een autoritair regime onder leiding van een brute dictator dan met een speelgoedparadijs.

De donkere toon die Pixar in zijn vorige twee films Wall•E en [/i]Up[/i] bij vlagen aansloeg, krijgt een dapper vervolg in Toy Story 3. Thema’s als eenzaamheid, plichtsbesef en verlatingsangst worden niet geschuwd en over de hele film ligt een sluier van melancholie, die vooral de twintigers die met Toy Story zijn opgegroeid zal aanspreken. Debuterend regisseur Lee Unkrich (verantwoordelijk voor de montage van de eerste film en als coregisseur betrokken bij de tweede) begrijpt dat de meerwaarde van een sequel schuilt in de band die de kijker in het verleden al met de personages heeft opgebouwd, waardoor het verhaal een veel grotere emotionele zeggingskracht kan bereiken. Dit gegeven wordt handig uitgespeeld in Toy Story 3, met name als we zien hoe Woody worstelt met zijn plaats in de wereld en een keuze moet maken tussen Andy en zijn speelgoedvrienden.

Zoals bij elke film van Pixar zitten die emotionele momenten het amusement echter nooit in de weg. Hoewel het begint op te vallen dat Pixar voor de komische situaties vaak vertrouwt op eenzelfde stramien, waarin de helden uit de film in een onalledaagse situatie belanden en een stoet vol kleurrijke figuren tegenkomen, zijn die bijfiguren nog steeds zo geweldig bedacht dat het niet formulematig gaat aanvoelen. Ook in Toy Story 3 zijn er weer een aantal nieuwe personages die een welkome toevoeging vormen aan de bekende wereld, zoals de klassiek geschoolde egel Mr. Pricklepants (een hilarische Timothy Dalton) en Big Baby, hoofd beveiliging van Sunnyside. Maar hoogtepunt is toch wel Ken (voortreffelijk ingesproken door Michael Keaton), een nu al klassiek Pixar-personage met zijn uitpuilende kledingkast en iets te verwijfde maniertjes.

Maar voor het echte emotionele zwaartepunt van Toy Story 3 moeten we wachten tot de laatste tien minuten, in tegenstelling tot Wall•E en Up, die juist in het openingskwartier piekten. Ditmaal gaat Pixar wat conventioneler te werk en bouwen ze de gehele film toe naar een climax die zo mooi is dat je de neiging krijgt spontaan op te staan om te applaudisseren. Perfect is nog te weinig eer voor dit staaltje meesterschap dat je treurig en blij tegelijk de bioscoop doet uitlopen. Het is het enige passende einde van een trilogie die de filmgeschiedenis ingrijpend heeft veranderd en Pixar voorgoed op de kaart zette. Vijftien jaar later zijn ze er nog steeds en sterker dan ooit.