De Canadese electroclash-artiest Peaches kent een opwindende carrière, met het album The Teaches of Peaches uit 2000 als onbetwist sleutelstuk. Sindsdien maakt ze furore met haar door elektronica gedreven minimalistische muziek en punkhouding, die draaien om haar hevig geseksualiseerde podiumpersona. Daarmee groeide ze uit tot een icoon dat taboes doorbrak over hoe vrouwelijke artiesten zich mogen uiten. Deze concertfilm volgt haar tijdens de jubileumtournee in 2022 ter ere van het doorbraakalbum en duikt geestdriftig in haar verhaal.
De vertelling leunt sterk op een opsomming van feiten, ondersteund door privébeelden, archiefmateriaal en interviews met betrokkenen. Dankzij bijdragen van onder anderen haar frequente samenwerkingspartner Chilly Gonzalez ontstaat de indruk dat Peaches altijd al de eigengereide provocateur was, die haar microfoon als fallus gebruikt. Haar doe-het-zelfhouding voelt bevrijdend, ze doet precies wat ze wil. Dat blijkt al uit de tijd dat ze nog Merrill Nisker heette en als oppas werkte. De kinderen doen vrolijk mee met de liedjes die ze energiek speelt op de gitaar.
Toch blijft het perspectief erg hangen bij haar act. Philipp Fussenegger en Judy Landkammer verzanden in concertfilmclichés over het losbandige artiestenbestaan. Zoals vele andere documentairemakers komen ze tot het inzicht dat rondtoeren uitput, zonder veel nieuws over Peaches zelf te vertellen. Artistiek of commerciële duiding van haar carrière ontbreekt; de film steekt vooral de loftrompet af. Het prijzen van haar bekendste nummer 'Fuck the Pain Away' door de lyrische Shirley Manson van de band Garbage voelt als een verplicht nummer.
De makers snijden continue naar opzwepende concertbeelden, waarin Peaches en haar entourage de meest extravagante kostuums dragen. Elke denkbare seksuele toespeling komt voorbij, inclusief een muts in de vorm van een clitoris. De 'match cuts' naar oudere beelden waarin Peaches dezelfde act opvoert, onderstrepen hoe stug als een Iggy Pop ze blijft doorgaan. Haar persona ontwikkelde ze in Berlijn, maar de film blijft steken in platitudes over hoe vrij die stad voelt. Het maakt onverschillig of ze zich nu in Berlijn of Toronto bevindt.
De zwierige camerabewegingen over schaars geklede artiesten benadrukken vooral hun flamboyante verschijning. De buitensporige focus op de optredens verbloemt echter niet hoezeer Peaches grossiert in veel schreeuwen en weinig wol. Haar act doet oppervlakkig denken aan Suicide, maar dan in de Berlijnse KitKatClub en zonder de horror. De nummers die de film overvloedig laat horen, missen het groezelige en benauwende van bijvoorbeeld Blood on the Dancefloor, een andere door punk beïnvloede electroartiest met hevig geseksualiseerde muziek.
Tegelijkertijd hint de film naar een rustiger kant van Peaches. Haar vriend Black Cracker vertelt daar iets over, maar hij kan het niet laten om haar in de billen te knijpen, ogenschijnlijk omwille van haar imago. Precies zo besteedt Teaches of Peaches weinig aandacht aan haar privéleven. Het voelt als een nakomertje wanneer ze aan het einde zichzelf een kattenvrouw noemt. Aan het begin vertelde Peaches nog over haar ambitie om als zesenvijftigjarige het punkgevoel van 2000 naar het heden te vertalen. De vraag hoe ze dat heeft gedaan laat Teaches of Peaches onbeantwoord.