Wat hebben Vincent van Gogh, Ernest Hemmingway, Carrie Fisher, Brian Wilson en Stephen Fry met elkaar gemeen? Nee, het is geen flauwe pubquizvraag, want deze artistieke genieën lijden of leden allemaal aan een bipolaire stoornis. De aandoening, die ook wel bekendstaat als manische depressie, is voor velen die eraan lijden zowel een vloek als (vreemd genoeg) een zegen. De depressieve periodes zijn loeizwaar, maar hun creativiteit gedijt bij de manische episodes, waarbij een eindeloze stroom werk en geniale ideeën uit hun handen en hoofd komt.
De Belgische cineast Joachim Lafosse schetst de weerslag van een bipolaire stoornis op een jong gezin in zijn drama Les Intranquilles, wat zich grofweg laat vertalen als 'De Rustelozen'. Damien is een kunstschilder die zichzelf de onmogelijk opdracht stelt om voor een expositie in korte tijd veertig schilderijen te maken. Zijn vrouw Leïla moet de buien van haar echtgenoot in goede banen zien te leiden en vooral voorkomen dat hij helemaal doorslaat of zichzelf iets aandoet.
Damien is namelijk overmoedig en halsstarrig als het gaat om het innemen van zijn lithium. Leïla en haar schoonvader hebben al regelmatig op het punt gestaan om Damien te laten opnemen. Ondertussen is de schilder maar niet rustig te krijgen. Hij repareert middenin de nacht een fiets of staat op een ongelukkig moment tot grote gêne voor de schoolklas van zijn zoon met traktaties, waarvoor hij net een hele winkel heeft leeggekocht.
Les Intranquilles is net zo episodisch van aard als de aandoening die wordt behandeld. Het gevolg is dat we vooral veel voorbeelden te zien krijgen van Damiens grillen en wat deze doen met zijn gezin. Gelukkig is er af en toe ruimte voor relativering, bijvoorbeeld wanneer zijn zoontje een bui van zijn vader imiteert. Maar er wordt ook voortdurend om de hete brij heen gedraaid. Leïla is bezig om alles in goede banen te leiden en verzucht tijdens een ruzie dat ze in twee jaar vijftien kilo is aangekomen en alleen maar bezig is met zorgen voor haar man.
Dat ze zich volledig wegcijfert moge duidelijk zijn, maar had Leïla maar wat minder vaak op haar lip gebeten. Om de lieve vrede te bewaren vermijdt ze de confrontatie met haar man, al is het maar omdat praten weinig zin heeft, maar dat levert wel erg weinig vuurwerk op terwijl dat toch de brandstof van een dergelijke dramafilm is. Les Intranquilles wordt hierdoor een aaneenschakeling van creatieve en excessieve uitspattingen waarbij de nuance mist. Het opkroppen van emoties en gedachten is begrijpelijk en misschien zelfs verstandig, maar levert ondanks de zichtbare manifestaties van Damien juist een introverte film op.
Les Intranquilles schetst een beeld van een manische depressie dat doet denken aan dat van de stereotiepe autist die een fotografisch geheugen heeft of complexe wiskundekwesties kan oplossen, waarbij onderbelicht blijft dat autisme in vele vormen komt. Gedacht vanuit zijn bipolaire stoornis is Damien uitgerekend een kunstenaar, zodat zijn creatieve impulsen makkelijk kunnen worden getoond. Met dit uitgangspunt heeft Lafosse voor de makkelijke weg gekozen, omdat hij de psychische ziekte zo zwart-wit neerzet. Nu is een bipolaire stoornis een aandoening met uitersten, maar de Belgische regisseur had hierbinnen best wat grijstinten kunnen aanbrengen.