Hoe meer er verandert, hoe meer er hetzelfde blijft. Skyfall combineert met succes het oude met het nieuwe en maakt 's wereld beroemdste geheim agent weer relevant voor de eenentwintigste eeuw. De Britse geheime dienst MI6 en 007 worden onder vuur genomen door de eigen overheid en door internationale terroristen die zijn voortgekomen uit het Britse koloniale verleden (net zoals Bin Laden ooit gefinancierd werd door Amerikanen). Tegen die achtergrond drinkt Bond weer martini's en keren andere bekende elementen van vroeger ook terug. Zo kijkt deze drieëntwintigste officiële Bondfilm met een flinke knipoog terug naar het verleden, maar houdt het vizier op de toekomst gericht.
Een voorbeeld is een vroege scène met een jonge Q die Bond zoals vanouds op een willekeurige plaats ontmoet om hem van zijn uitrusting te voorzien. Wanneer Bond vraagt of dat alles is, grapt Q op die typische droge Engelse manier dat ze tegenwoordig niet meer voor de exploderende pennen gaan. Na de gefaalde poging om Jason Bourne na te apen met het te serieuze Quantum of Solace is de humor gelukkig weer terug. Toch één van de belangrijkste kenmerken van de James Bond-reeks.
De actie is ook weer coherent gefilmd en gemonteerd, onder het toeziend oog van de negenvoudig Oscargenomineerde cameraman Roger Deakins (o.a. de vaste cinematograaf van de gebroeders Coen). Hij zorgt ervoor dat Skyfall één van de, zo niet dé mooist gefilmde Bondfilm is. Vooral de gedeeltes in Shanghai en Macau zijn oogstrelend en dan met name een scène waarin Bond een moordenaar achtervolgt door een gebouw waarvan de glazen deuren en wanden de reclames van buiten reflecteren. Het laatste gedeelte van de film bevat ook een aantal wonderschone beelden.
Skyfall opent met een spectaculaire achtervolging waarin auto's, trucks, motors, een trein én een graafmachine worden gebruikt. Toch ontkomt de slechterik met een lijst van namen van undercover geheim agenten, met als gevolg dat de positie van James Bonds baas M. in het geding komt. De film draait evenzogoed om haar en haar strijd om relevant te blijven in een wereld van cyberterrorisme, waarin ze Bond als haar wapen inzet en geconfronteerd wordt met fouten uit het verleden. Judi Dench is altijd goed geweest in deze rol, en nu deze groter is blijkt ze eens te meer betrouwbaar.
Minstens zo sterk is Javier Bardem. Zijn schurk is heerlijk camp en een waardige opponent voor Daniel Craig, die weer de vorm van Casino Royale heeft teruggevonden. Zijn houding is van een ogenschijnlijke onverschilligheid, waarachter een beschadigd mens schuilgaat, die toch ook plezier in zijn gevaarlijke werk heeft. Craig is nu definitief de James Bond van de eenentwintigste eeuw; een kwetsbaardere doch hardere 007, ruwer maar toch nog steeds een levensgenieter. Dankzij het goed doortimmerde script komt het trio Dench, Bardem en Craig in een gedenkwaardige (en fantastisch gefilmde) finale goed uit de verf. Het slot is zowaar emotioneel bevredigend.
Als na de laatste scène de traditionele tekst James Bond will return in beeld verschijnt, smaakt dat naar meer. Sam Mendes blijkt de juiste man te zijn om de James Bond-reeks nieuw leven in te blazen én boeiend onder de oppervlakte te maken. Tegelijkertijd kunnen ook de oude fans tevreden zijn met de herrijzenis van de favoriete Bondtradities die verdwenen leken te zijn. De hype dat Skyfall de geweldigste Bondfilm ooit is, mag dan wat overdreven zijn, maar hij is mogelijk wel de beste en belangrijkste sinds de jaren zestig.