Texas Chainsaw
Recensie

Texas Chainsaw (2013)

Van dik hout zaagt men planken en dat geldt zeker voor Texas Chainsaw. De zoveelste toevoeging aan de horrorfranchise rammelt aan alle kanten.

in Recensies
Leestijd: 4 min 7 sec
Regie: John Luessenhop | Cast: Alexandra Daddario (Heather Miller), Dan Yeager (Leatherface), Tremaine “Trey Songz” Neverson (Ryan), Scott Eastwood (Carl), Tania Raymonde (Nikki), e.a. | Speelduur: 92 minuten | Jaar: 2013

The Texas Chain Saw Massacre uit 1974 is een rechtgeaarde horrorklassieker. De film van Tobe Hooper, over een familie van moordlustige kannibalen en de met een kettingzaag zwaaiende maniak Leatherface, schokte de wereld en werd in meerdere landen verboden. Toch bracht TCM tientallen miljoenen dollars op en wordt met recht nog steeds gezien als een van de beste horrorfilms ooit gemaakt. Er kwamen twee vervolgen, in 1986 en 1990, en in 2003 volgde de onvermijdelijke, maar niet onaardige remake. Op die remake volgde in 2006 weer een prequel, The Texas Chainsaw Massacre: the Beginning, en nu is er dus Texas Chainsaw die weer een direct vervolg is op het origineel uit 1974. Alle gemaakte sequels, de remake en de prequel worden voor het gemak even genegeerd. Volgt u het nog?

Texas Chainsaw begint kort na het einde van het origineel. Een woedende menigte brandt het huis van de kannibalistische familie van Leatherface plat. Een baby lijkt de enige overlevende en wordt geadopteerd door twee rednecks. Een jaar of twintig later is de baby een jonge vrouw geworden. Deze Heather krijgt te horen dat ze een huis heeft geërfd van haar oma die ze nooit heeft gekend. Dus laadt ze haar busje in, neemt drie vrienden mee en reist af naar Texas. Aldaar geeft een advocaat haar de sleutels van het huis én een brief van haar oma met de instructies deze onmiddellijk te lezen. Uiteraard negeert Heather de brief en komt er zodoende pas achter dat Leatherface nog steeds leeft als het al te laat is...

De originele film stamt uit 1974 en speelt zich ook rond die tijd af. Texas Chainsaw zou zich logischerwijs rond de twintig jaar later moeten afspelen, dus ergens halverwege de jaren negentig. Dat zou ook verklaren waarom niemand in het eerste gedeelte van de film een mobieltje heeft om alarm mee te slaan. Maar dan wandelt plots een politieagent het verhaal in die is voorzien van een… iPhone. Kennelijk speelt de film zich dus toch af in het heden. Wat zou moeten betekenen dat Heather (gespeeld door twintiger Alexandra Daddario) en haar vrienden rond de veertig jaar oud moeten zijn... Een duidelijke indicatie van de gemakzucht waarmee Texas Chainsaw in elkaar is gezet.

Het is helaas bij lange na niet het enige probleem van de film. Als één van de personages in de film het clichézinnetje “I'm getting a bad feeling here” uitspreekt, reflecteert hij onbedoeld het gevoel dat zich tegen die tijd ook al van de toeschouwer meester heeft gemaakt. Want wie let op zaken als karakterontwikkeling of logica en geloofwaardigheid van het plot, zal zich snel realiseren wat een zooitje deze film eigenlijk is. De personages zijn stuk voor stuk wandelende clichés. Heathers vrienden krijgen niet meer karaktereigenschappen mee dan ‘sletterig’ of ‘sportief’. De dialogen zijn van lachwekkend slecht niveau. Maar het grootste euvel is de enorme stompzinnigheid van het plot. Vooral in de derde akte worden we getrakteerd op een aaneenschakeling van stupide gebeurtenissen en bespottelijke handelingen van personages. Nou is de logica in B-films wel vaker ver te zoeken, maar regisseur John Luessenhop en de vier (!) schrijvers maken het wel erg bont. Zo kan Leatherface kennelijk van de ene naar de andere locatie teleporteren en veranderen personages van goed in slecht en vice versa zonder enige logische aanleiding behalve om het rammelde plot in een bepaalde richting te duwen. De film telt welgeteld één aardige vondst: een scène waarin Heather via een reuzenrad aan Leatherface probeert te ontkomen, is grappig en origineel.

Van het creëren van spanning hebben de makers ook geen kaas gegeten: veel beter dan het levensgrote cliché van de auto die niet wil starten wordt het niet. Hoewel de film een direct vervolg op het origineel is, hebben de makers dus kennelijk totaal geen idee wat het origineel zo griezelig maakte. In Tobe Hoopers origineel werd veel met suggestie gewerkt: de meest gruwelijke dingen zag je niet echt gebeuren, maar door slim camerawerk en montage leek het daar wel op. Daar kan Luessenhop nog wat van leren. Texas Chainsaw mikt voornamelijk op het visuele aspect met veel bloedvergieten en doorgezaagde lichamen. Leuk voor de 3D-elementen, maar veel gruwelijke beelden zijn nog lang niet hetzelfde als griezeligheid.

Veel bekende acteurs hebben in het begin van hun carrière in een film uit deze franchise gespeeld: Jessica Biel, Renée Zellweger, Matthew McConaughey en Viggo Mortensen hebben allemaal ooit hun opwachting gemaakt in één van de delen. In deze nieuwste aanvulling mogen ook wat jonge talenten opdraven, onder wie Scott Eastwood (zoon van Clint). Misschien betekent dit voor hen ook het begin van een mooie carrière. In dat geval heeft Texas Chainsaw filmliefhebbers tenminste nog iets goeds opgeleverd. Want wie een goede horrorfilm wil zien, doet er beter aan het ijzersterke origineel uit 1974 nog maar eens op te zetten.