Into the Storm
Recensie

Into the Storm (2014)

Twister anno 2014 moest vooral groter en overweldigender zijn. Visueel een amusante rampenfilm, maar inhoudelijk een zwak briesje.

in Recensies
Leestijd: 3 min 38 sec
Regie: Steven Quale | Cast: Richard Armitage (Gary), Sarah Wayne Callies (Allison), Matt Walsh (Pete), Max Deacon (Donnie), Nathan Kress (Trey), Alycia Debnam Carey (Kaitlyn), Arlen Escarpata (Daryl), Jeremy Sumpter (Jacob), e.a. | Speelduur: 89 minuten | Jaar: 2014

Tussen alleenstaand vader/weduwnaar/mopperpot/conrector Gary en zijn twee puberende zoons wil het niet echt boteren. De broers Dewey en Donnie zijn verzot op het filmen van alles wat maar los en vast zit en zijn nu bezig met een tijdcapsule. Hoe zou pa's leven eruit zien over een kwart eeuw? Pa heeft even geen tijd voor gehannes met een camera en snauwt zijn kroost af, zoals hij eigenlijk vrijwel altijd doet sinds de dood van zijn eega. Hij is namelijk óf kwaad, óf onverschillig naar zijn kids toe; meer smaken zijn er niet. Als dit immense gezinsdrama maar goed komt. Het is een kwestie van de goden verzoeken, of in dit geval: de weergoden. Er is namelijk hulp onderweg van boven van het twijfelachtige soort. Letterlijk, want in het kleine plaatsje Silverton in Oklahoma zien de weerberichten er niet bepaald gunstig uit.

Wie houdt er nou niet van een lekkere (natuur)rampenfilm? Aardbevingen, vulkaanuitbarstingen, alieninvasies, klimaatcrises, noodweer of een flink windje; de bonzen in Hollywood zijn er verzot op, vooral als Roland Emmerich zich er tegenaan bemoeit. Liefhebbers van het genre hebben niet zo heel veel zin om verveeld te worden met een slap verhaaltje over een vader die de connectie met zijn kroost weer moet vinden en daarbij tot het uiterste gaat. Ze hebben ook geen zin om een stel malloten aan het werk te zien die zich van geen gevaar bewust zijn en zich zonder ook maar één hersencel aan te spreken heldhaftige toeren uithalen. Het publiek heeft wellicht nog het meest met een documentaireploeg die zich voortbeweegt in een soort tank om hét perfecte shot van een tornado vast te leggen; dat lijkt immers nog het meeste op de missie in Twister. In Into the Storm worden deze drie verhaallijntjes eerst afgewisseld om vervolgens soort van samen te komen.

De makers van Into the Storm, met aan het roer Final Destination 5-regisseur Steven Quale, gaan nog wel zo veelbelovend van start. Een busje met elkaar aflebberende tieners wordt opgeslokt door een tornado. Zou dit dan eindelijk eens een rampenfilm zijn die is opgehangen aan de ramp zelf met geloofwaardige hoofdpersonen die logisch handelen en niet aan te verwaarlozen personages en hun waardeloze verhaallijntjes? Helaas. Ook Quale gooit er na de proloog een ellenlange introductie tegenaan, waarmee hij het geduld van de kijker eindeloos tart. En dan te bedenken dat in de promotie-uitingen nog wel wordt vermeld dat er niet zoiets bestaat als een stilte voor de storm. Als de actie dan eindelijk losbarst en de tornado zijn eerste slachtoffers maakt hoop je dat de ellende voor de hoofdpersonen zo gruwelijk mogelijk zal zijn. Vooral vader Gary spant de kroon met zijn afgezaagde uitspraken. "Mijn zoon is in gevaar en ik moet hem redden!", kraamt hij uit als blijkt dat Donnie in de aanrukkende wind is gaan filmen in een oude fabriek om indruk te maken op het mooiste meisje van de school.

Into the Storm wordt gepresenteerd als een 'found footage'-rampendrama, een concept dat Quale al in de eerste scènes compleet onderuit haalt. Daarvoor zijn de shots net iets te mooi en gekunsteld. Dit pakt voordelig uit in de visuele effecten, maar Quales regie is bedachtzaam en netjes, waardoor de beoogde chaos veel te overzichtelijk en geordend blijft. De eerste tornado blijkt slechts de voorbode van nog meer slecht nieuws. De hoofdmoot draait om een wervelstorm die zo heftig is dat deze buiten de de bekende meteorologische definities valt. Dit levert spectaculaire beelden op, al wordt rondvliegend vee ernstig gemist. De tweede helft, als we af zijn van de flauwe dialogen en oninteressante verwikkelingen, is dan ook beduidend beter dan de trage en vooral valse start van het eerste deel. De logica is nog steeds ver te zoeken, maar heeft in ieder geval plaats gemaakt voor amusant spektakel. We worden gelukkig niet vermoeid met onzinnige theorieën over het hoe en waarom van de tornado en het verhaal wordt bewust beperkt tot een klein stadje. Overtuigen doet Quale echter niet. Daarvoor bevat dit rampzalige rampenepos te veel onvergeeflijke fouten en onvolkomenheden. Blijf trouwens maar niet zitten tot de aftiteling voorbij is. Dat scheelt weer een ergernis.