Io Capitano
Recensie

Io Capitano (2023)

Aangrijpende avonturenfilm over twee Senegalese tieners die naar Europa reizen.

in Recensies
Leestijd: 2 min 24 sec
Regie: Matteo Garrone | Scenario: Matteo Garrone | Cast:
Seydou Sarr (Seydou), Moustapha Fall (Moussa), Issaka Sawadogo (Martin), Hichem Yacoubi (Ahmed), Charlatan (Doodou Sagna), e.a. | Speelduur: 122 minuten | Jaar: 2023

Na het wisselend ontvangen familiesprookje Pinnochio is de Italiaanse sterregisseur Matteo Garrone (Gomorra) terug met Io Capitano ('Ik ben de kapitein'), een aangrijpende, Homerische vertelling over twee Senegalese jongens die de levensgevaarlijke reis naar Europa wagen .

De zestienjarige neven Seydou en Moussa wonen in een sloppenwijk van Dakar en dromen van een muziekcarrière in Europa. Ze horen de verhalen van landgenoten die het hebben gemaakt in het beloofde continent en sparen al maandenlang heimelijk om de tocht te maken. Als ze gaan informeren bij een lokale handelaar wat zo'n tocht precies kost, krijgen ze in eerste instantie lik op stuk. Europa is beslist niet het walhalla dat ze zich voorstellen. Het is er koud, de daklozen kruipen er over straat. Om over de reis ernaartoe nog maar te zwijgen: de woestijn en de zeebodem liggen bezaaid met dode jongens met dezelfde dromen.

Tegen beter weten in vertrekken ze toch. Wat volgt is een aangrijpende Odyssee die de jongens langs corrupte douanebeambten, onbetrouwbare gidsen, mensensmokkelaars en meedogenloze slavenhandelaars voert. Als we iets leren, dan is het dat langs deze route een mensenleven betekenisloos is. In een gruwelijke scène waarin een migrant midden in de woestijn van een stuiterende Jeep valt, wordt dat pijnlijk duidelijk. Stoppen ho maar, er is duidelijk gezegd dat iedereen zich goed vast moest houden.

Als de jongens op een zeker moment van elkaar gescheiden raken, wordt Io Capitano allengs melodramatischer van toon, maar erg is dat niet. Garrone wil iets aankaarten, maar tegelijkertijd ook gewoon de kijker op het puntje van de stoel krijgen. We volgen dan alleen nog Seydou, die ondanks de ontberingen stug overeind blijft, aangespoord door het sprankje hoop dat hij zijn neef misschien nog terugziet.

Io Capitano is, zoals Garrones beste werk, rauw en bijna documentair van toon, maar tegelijkertijd schuwt hij het lyrische niet. De woestijnscènes, in schitterend breedbeeld gevangen door cameraman Paolo Carnera, zijn adembenemend. Er is bovendien ook ruimte voor spaarzaam magisch-realisme. Het shot waarin Seydou een gestorven medereiziger als een vlieger achter zich aan sleept door de Sahara, is van een grote schoonheid.

Welke ideeën over migratie je er ook op nahoudt, tijdens het kijken van Io Capitano kun je niet anders dan meeleven met deze jongens en bewondering hebben voor hun vastberadenheid. Een film als deze laat je ook nadenken over de term gelukszoeker: of Europa de grote aantallen migranten aankan kun je je afvragen, maar iedere immigrant blijft een individu dat simpelweg op zoek is naar een beter leven - een menselijke oerdrift die je niemand kunt ontnemen. Of dat leven werkelijk aan onze kant van de Middellandse Zee te vinden is, en of de mensonterende reis die daar aan voorafgaat het wel waard is, blijft de vraag.