The Man Who Sold His Skin
Recensie

The Man Who Sold His Skin (2020)

Film met gegarandeerd nagesprek: zou je ooit een levend kunstwerk willen worden?

in Recensies
Leestijd: 2 min 57 sec
Regie: Kaouther Ben Hania | Scenario: Kaouther Ben Hania | Cast: Yahya Mahayni (Sam Ali), Dea Liane (Abeer), Koen De Bouw (Jeffrey Godefroi), Monica Bellucci (Soraya Waldy), Saad Lostan (Ziad), Darina Al Joundi (Sams moeder), Jan Dahdoh (Hazem), Christian Vadim (William, Sams advocaat), Marc de Panda (Marc Sheen) e.a. | Speelduur: 104 minuten | Jaar: 2020

Een Syrische vluchteling verkoopt de huid op zijn rug. Hij krijgt er een Schengen-visum op getatoeëerd, wat twee dingen betekent. Eén: hij is vrij om te reizen door de hele Europese Unie, waar hij ook maar heen wil. En twee: hij is een levend kunstwerk, onder contract om in musea, of in een kunstverzameling tentoongesteld te worden. Dus hij levert ook vrijheid in. Een klassieke Monkey's Paw-situatie, vernoemd naar het gelijknamige korte verhaal uit 1902, waarin elke vervulde wens een naar neveneffect heeft.

Regisseur Kaouther Ben Hania zag jaren geleden het kunstwerk 'Tim' van de Belgische kunstenaar Wim Delvoye. Ook iemand met een rugtattoo en de bijkomende verplichting om te poseren. Dat er nu een visum staat afgebeeld, is een uitvinding van de filmmaker. Ze voegt daarmee een extra politieke laag aan in een toch al interessante discussie over eigenaarschap en vrijheid. Dat maakt het een interessant werk voor het Movies That Matter Filmfestival van Amnesty international, dat in april van dit jaar opende met deze film.

De drijfveer voor hoofdpersoon Sam Ali, een stevige rol voor Yahya Mahayni, is kristalhelder. Vroeger, in Syrië, was hij voorbestemd om te trouwen met zijn grote geliefde Abeer. Maar in de politieke onrust heeft hij het land moeten ontvluchten, en is zij door haar familie gedwongen om met een ander te trouwen. Abeer woont inmiddels in België, ver weg. In Libanon komt Sam de Vlaamse kunstenaar Jeffrey tegen die hem een oplossing biedt: wordt een kunstwerk en ga en sta waar je wilt, tenzij je vertoond moet worden. En dat is voorlopig de hele tijd.

Acteur Mahayni geeft zijn personage een interne passie mee voor zijn geliefde, maar ook een laconieke houding naar wat er met zijn lijf gebeurt en naar zijn nieuwe taak als kunstwerk. En als de nadelen van zijn nieuwe levensstijl hem te veel gaan dwarszitten, reageert hij met gepaste intensiteit. Zo draagt hij de film met verve. Als moderne Mefisto is het personage Jeffrey echter helaas wat inconsistent; zijn houding verandert met de wind. Gelukkig is Koen de Bouw met eyeliner tóch wel een plezier om naar te kijken, wat hij ook speelt. Hij redt wat de zwakste schakel van The Man Who Sold His Skin dreigde te worden.

Dat is nu de climax van dit arthousedrama, die zich vrij makkelijk laat vergelijken met een van de ongemakkelijkste scènes uit The Square. Die film van Ruben Östlund uit 2017 nam met nog minder genade de kunstwereld stevig op de hak. Het is oneerlijk en jammer, want in die vergelijking komt deze nieuwe film er beduidend het minste vanaf. In The Square gaat het om een bijna losstaande tussenscène die met naargeestigheid en furore een vinger op een pijnlijke plek legt. Zo goed, dat-ie op de poster is beland. In deze film hangt er veel meer van af, maar is het ook de enige plek waar de boodschap van de film een preek dreigt te worden.

Maar tot plat moralisme komt het gelukkig niet. The Man Who Sold His Skin laat genoeg open over objectificatie, dehumanisering en eigendom, zodat de kijker er een eigen oordeel over mag vellen. De film zorgt zo in elk geval voor een gegarandeerd nagesprek. Als dat het doel was, dan is het missie geslaagd.