Je hebt vast wel eens gehoord van het 'Vlindereffect'; een onderdeel van de chaostheorie dat erop neerkomt dat een kleine gebeurtenis immense effecten kan hebben. Een vlinder in Brazilië die met zijn vleugel klappert kan bij wijze van spreken een tornado in Texas veroorzaken, aldus de bedenker van de metafoor. Het is waar dat kleine handelingen of uitingen soms grote gevolgen hebben. Een vrij onschuldig rebels stilteprotest in een klaslokaal in het voormalige Oost-Berlijn bijvoorbeeld.
In het op feiten gebaseerde en in een boek vervatte Das Schweigende Klassenzimmer draait alles om de reactie van een schoolklas op de opstand in Hongarije. Enkele leden van de eindexamenklas vernemen via het bioscoopjournaal over de opstand in Boedapest in 1956. Deze Hongaarse Opstand leidde ertoe dat de bevolking de stalinistische leiding wist te verdrijven.
Onder de indruk van zo veel moed tegen de communisten gaat de klas van beste vrienden Theo en Kurt op onderzoek uit. Bij een oude man die eenzaam buiten de stad woont krijgen ze de ongecensureerde maar heimelijke radiozender van West-Duitsland te horen. Uit solidariteit besluiten de jongens bij hun eerstvolgende les twee minuten stilte in acht te nemen. Het drijft de leraar tot waanzin, maar de verdere gevolgen zijn al snel niet meer te overzien.
Het was in het Duitsland in het stasi-tijdperk verboden om verbale politieke oppositie te voeren, laat staan om tot actie over te gaan. Zodra de schoolleiding lucht krijgt van het protest proberen de jongeren er een draai aan te geven door te stellen dat ze treuren om het verlies van een voetballer die in de strijd omkwam. Het ministerie en de onderwijsinspectie trappen er niet in en de situatie wordt van kwaad tot erger.
Dienstdoend filmmaker Lars Kraume hield zich al eerder bezig met de historie. Met zijn Der Staat Gegen Fritz Bauer volgde hij de klopjacht op een oud-nazi. Wat deze film gemeen heeft met het verhaal over de protesterende schoolklas is het fijnzinnige gevoel voor het tijdsbeeld en het goed uitgewerkte drama vol grijstinten. Naast de stiltedemonstratie worstelen de jongeren allemaal met hun eigen problemen, zoals een dominante vader met een vooraanstaande positie, adoptie en het geloof.
Kraume slaagt er vooral in om met mooi uitgespeelde scènes duidelijk te maken dat wat wij nu als heel normaal ervaren in de jaren vijftig volstrekt ondenkbaar was. De uitwegen die de klasgenoten elke keer verzinnen helpen maar voor heel even. Er komt steeds meer op het spel te staan en de gehate muur die Oost en West-Berlijn zou scheiden moest nota bene nog gebouwd worden. Het geeft bovendien een gemêleerde visie op het communisme als nieuwe geloof.
Idealisme wordt met man en macht de kop ingedrukt terwijl dit nou juist zo hoort bij de opvoeding en ontwikkeling van pubers. Wanneer de zaken echt op scherp staan komt de minister van Onderwijs hoogstpersoonlijk poolshoogte nemen. Zelfs het gezag, dat stelt het beste met de bevolking voor te hebben, weigert de zaak af te doen als een kwajongensactie.
Das Schweigende Klassenzimmer past naadloos in het rijtje titels waarmee onze oosterburen hun verleden proberen te verwerken, zoals Good Bye Lenin!, Das Leben der Anderen en Der Untergang. Het maakt bovendien duidelijk dat het verleden vele gezichten en verhalen kent; iets waarvan je niet genoeg tot je kunt nemen.