Doomsday
Recensie

Doomsday (2008)

Het verhaal is nergens origineel, maar dat geeft niet.

in Recensies
Leestijd: 2 min 45 sec
Regie: Neil Marshall | Cast: Rhona Mitra (Eden Sinclair), Adrian Lester (Norton), Bob Hoskins (Bill Nelson), Malcolm McDowell (Kane) e.a. | Speelduur: 109 minuten | Jaar: 2008

Originaliteit wordt overschat. Dat iets al eerder is gedaan, gezegd of gemaakt is, hoeft helemaal niet te betekenen dat dat slecht of niet leuk meer is. Toch is Neil Marshalls nieuwste film veelvuldig op dat punt bekritiseerd. Het is waar, Doomsday is niet bepaald een originele film, maar is dat altijd zo belangrijk? Marshall (Dog Soldiers, The Descent) kopieert dan wel veel uit een aantal actiefilms uit de jaren tachtig, hij doet dat met flair en veel plezier. Die maken van Doomsday een uitbundige ode aan het bronmateriaal, niet de zielloze kopie die er door sommigen in gezien wordt.

Bron nummer één is cultklassieker Escape From New York van John Carpenter uit 1981. Hoofdpersoon Eden Sinclair is in Doomsday haast een vrouwelijke versie van Snake Plissken. Net als hij moet ze voor de overheid op een geheime missie naar een gevaarlijk gebied achter een grote muur waar de overheid geen controle over heeft en moet ze binnen een zeer korte tijd iets terugbrengen dat van vitaal belang is voor de staat. Ze heeft zelfs af en toe een ooglapje op, terwijl ze haar uitneembare oog als camera gebruikt. Alleen de reden voor haar tocht en wat ze moet terughalen zijn anders.

In het voorjaar van 2008 breekt er in Schotland een dodelijk, besmettelijk virus uit dat snel om zich heen grijpt. Om de rest van Groot-Brittannië te beschermen wordt het noorden van het eiland van de buitenwereld afgesloten door een soort nieuwe Muur van Hadrianus. Als baby wordt Eden als een van de laatste geëvacueerd naar het zuiden terwijl haar moeder achterblijft. Dertig jaar later breekt het virus opeens in Londen uit en wordt Eden, nu een geharde politieagente, opgedragen om zich met een team militairen achter de muur te begeven, overlevenden te vinden en terug te keren met een remedie die de Britse samenleving moet redden.

Voorbij de muur komt de tweede grote bron van inspiratie om de hoek kijken: de Mad Max-films. Dit uit zich in eerste instantie in de eerste van twee groepen overlevenden, een groep barbaren in leren uitfits die zowel qua gedrag als kleding zo uit de films van George Miller (naar wie één van de militairen is vernoemd, terwijl een ander de naam Carpenter draagt) komen. Vrij onlogisch, want de tegencultuur van nu waar zij symbool voor staan kleedt zich toch niet meer zo. Ach, een kniesoor die daar echt over valt.

Hun aanval op de gepantserde vehikels van Sinclairs team doet sterk denken aan weer een andere film uit de jaren tachtig: Aliens, terwijl de autoachtervolging (met ondersteboven beeld!) later in de film natuurlijk een ode aan de achtervolgingen uit de Mad Max-films is. Het tweegevecht op de binnenplaats van een kasteel zou tot slot heel goed aan Mad Max: Beyond Thunderdome kunnen refereren.

Zo raapt Marshall stijlvol het hele verhaal en vele individuele scènes bij elkaar uit bekende en minder bekende (vooral postapocalyptische) actiefilms uit de jaren tachtig. Met een flinke dosis humor, een paar leuke eigen vondsten en spectaculaire, soms bloederige actiescènes laat hij dat decennium en de typische films van toen weer even tot leven komen. Genieten voor de liefhebber, voor wie Doomsday een feest van herkenning zal zijn.