In 2011 maakte het regieduo Adil El Arbi en Bilall Fallah Broeders, een korte film over twee broers die ieder op hun eigen manier omgaan met de vooroordelen waarmee ze te maken krijgen. De regisseurs wonnen er prijzen mee op het filmfestival van Gent en het internationaal kortfilmfestival van Leuven. Maar belangrijker nog, ze wonnen ook de VAF Wildcard voor fictie, die hen in staat stelde hun filmdebuut Image te maken. Nu komt een jaar later wederom een film waarin het duo kijkt naar de achterbuurten. Ditmaal gebaseerd op het tweeluik Black en Back van schrijver Dirk Bracke.
Black speelt zich af in de Brusselse wijken Matongé en Molenbeek. De jonge Marwan is het broertje van de leider van een groep Marokkaanse jongeren die zichzelf de 1080 noemen. Het zijn geen grote criminelen. Ze plegen kleine overvallen en jatten de tasjes van nietsvermoedende toeristen. Als de politie Marwans broer Nassim oppakt en hij een paar maanden de cel in moet, krijgt Marwan min of meer de leiding over de groep. Als hij op het politiebureau kennismaakt met de vijftienjarige Mavela, een jonge Congolese die lid is van de beruchte bende Black Bronx, slaat meteen een vonk over. Wat de twee zich niet realiseren, is dat hun liefde op de straat verboden is.
Black lijkt op het eerste gezicht een redelijk standaard liefdesverhaal. Een verboden ontluikende liefde tussen twee tieners, die elkaar niet kunnen weerstaan en tegen de stroming in toch voor elkaar gaan. Maar door de manier waarop het verhaal verteld wordt en de setting waarin het zich afspeelt, is het allesbehalve standaard. Het geheel is bovendien erg heftig. Zo zijn er twee expliciet in beeld gebrachte groepsverkrachtingen, waarbij je graag wilt wegkijken.
Om het geheel een extra realistisch effect te geven, kozen El Arbi en Fallah ervoor hun voornaamste castleden van de straat te plukken. Het bleek een gouden greep want het knappe spel van de jonge en vooral onervaren acteurs komt authentiek over. Vooral actrice Martha Canga Antonio overtuigt met haar indringende vertolking. Zij is in het begin nog een goedlachs en lief meisje dat verlegen reageert op de avances van Marwan in het politiebureau. Naarmate de film vordert, wordt ze steeds harder en zie je die lach op haar gezicht steeds minder vaak terug. Een sterke rol, maar ze is zeker niet de enige die goed acteert. Ook haar voornaamste tegenspeler, Aboubakr Bensaihi, heeft heel wat in zijn mars.
Toch moet opgemerkt worden dat de regisseurs, hoe reëel het geheel soms ook lijkt, zich soms verliezen in clichés. Tenenkrommend zijn de scènes die zich afspelen in een verborgen kerk, waar Marwan en Mavela hun liefdesnestje van maken. Ze steken er tientallen kaarsen aan en bedrijven er de liefde. Het is een van de schaarse momenten waarbij El Arbi en Fallah een andere, wellicht betere keuze hadden kunnen maken. Verder is het een knap gemaakte en meeslepende film die hoge verwachtingen schept voor het volgende project van niet alleen het regieduo, maar ook de castleden.