Je moet ervoor in de stemming zijn, deze geduldige film over Italiaanse wetenschappers die anno 1961 afdalen in één van 's werelds diepste grotten. Gesproken wordt er eigenlijk niet en een noemenswaardig plot ontbreekt. Il Buco ('Het Gat') moet vooral ondergaan worden, op een zo groot mogelijk scherm. Wie zich onderdompelt in deze ongehaaste wereld, loopt verkwikt de bioscoopzaal uit.
Een groep jonge speleologen reist per trein af naar het diepe zuiden van Italië, slaat een kamp op in de bergen en begint aan de afdaling van wat één van de diepste grotten op aarde blijkt. Parallel daaraan volgen we een broos herdertje, dat vanuit de verte de groep gadeslaat. Wie bekend is met eerder werk van de Italiaanse filmmaker Michelangelo Frammartino, zal een déjà vu hebben trouwens. Zijn vorige film, het zachtmoedige Le Quattro Volte, vertelde ook al over de laatste dagen van een zieke herder. En ook die film speelde zich af in het desolate, fotogenieke Calabrië.
Nog meer dan Frammartino's vorige film, is dit net zo goed een speelfilm als een documentaire. Voor het project daalden namelijk twaalf echte speleologen af in een grot met apparatuur en uitrusting uit de jaren zestig. In geduldige shots, soms minutenlang, zien we de wetenschappers langzaam maar zeker verder afdalen, stenen en brandende krantenproppen gooiend om een idee van de diepte te krijgen. Als de wetenschappers al tegen elkaar praten, wordt er niet ondertiteld. Het doet er voor de kijker simpelweg niet toe wat er gezegd wordt. Denk trouwens niet dat dit een beklemmende film is die zich voornamelijk ondergronds afspeelt: de omgeving van de grotten is een personage op zich.
Dat Frammartino liefde heeft voor vervlogen tijden, spat van het scherm. De ambachtelijke kunst van het afdalen in grotten, slechts bewapend met gaslampen en touw. De primitieve leefomstandigheden van een herder in de bergen, alsof de twintigste eeuw nog lang niet is aangebroken. Het afgelegen bergdorp waar de gehele bevolking 's avonds samendromt rond één televisie. En dat alles gevat in die magnifieke, serene beelden, als metersgrote schilderijen die je letterlijk de adem benemen.
Contemplatieve cinema dus, die zeker niet iedereen zal bekoren. Daarvoor gebeurt er simpelweg te weinig en leunt de film teveel op sfeer en mooie beelden. Eerlijk is eerlijk, je moet jezelf er ook wel een beetje toe zetten een film als Il Buco te kijken, maar dan krijg je ook wat. Doe het alleen niet thuis, maar op een zo groot mogelijk scherm.