Veerle Baetens is bekend van prachtrollen in onder andere Loft en vooral The Broken Circle Breakdown, maar schreef bijvoorbeeld ook mee aan de Netflix-serie Tabula Rasa, waarin ze ook de hoofdrol vertolkte. Tijdens de opnames van een tv-serie kreeg de actrice een exemplaar van het boek, met een briefje erbij: zou jij deze niet moeten regisseren? En nu, zeven jaar later, komt haar regiedebuut in de Nederlandse bioscopen.
De jongvolwassen Eva rijdt terug naar Bovenmeer, het Belgische dorp waar ze opgroeide. Op de passagiersstoel naast haar ligt een groot, mysterieus blok ijs. Hoe dichter ze bij haar reisdoel komt, hoe meer we te weten komen over Eva, die door middel van flashbacks haar hele jeugd nader onder de loep neemt.
Als je Het Smelt ziet, is duidelijk waarom Baetens klaar was om zo'n project aan te pakken. Het is een stevig drama, dat heel hard leunt op de uitstekende cast. En dat wierp ook vruchten af. Bij de première op het Sundance Film Festival won de op dat moment zeventienjarige Rosa Marchant een acteeraward voor de hoofdrol van de jonge Eva, waarvan de oudere versie wordt gespeeld door Charlotte de Bruyne. Het is onvoorstelbaar hoezeer die twee acteurs op elkaar lijken.
Het interview
Baetens zit thuis, lekker ontspannen achter haar laptop. Ze hopt van video-interview naar video-interview, en dat zijn "heftige dagen". Ze aarzelt en corrigeert zichzelf: "Allez, ik bedoel gevulde dagen. Maar het is ook wel gezellig om zo veel te praten, omdat het niet over niets gaat. En ik probeer wel voor elk gesprek nieuwe voorbeelden te vinden, maar het is ook wel zo dat niet iedere interviewer alle pers leest. Dus ik denk ook: ik mag wel in herhaling vallen. Ik kan niet telkens iets nieuws verzinnen."
Het Smelt is een heel bekend boek met een grote reputatie als bestseller. Sommige mensen zullen daar dus heel specifieke ideeën bij hebben. Hoe ga je daarmee om, als je er een film van probeert te maken?
"Nou, dat boeit me geen hol. 't Is een geschenk dat in mijn schoot is geworpen, hè. Dus het was een opdrachtfilm, maar ik wens het eigenlijk zo niet meer te zien na zeven jaar."
Na jarenlange voorbereidingen heb je het op z'n minst eigen gemaakt.
"Ja, voilà. Dat was ook de bedoeling. En ik vond het spannend, maar ik heb ook wel last van overmoed. Het feit dat mensen hun ideeën gaan hebben, omdat ze het boek hebben gelezen, het zij zo! Als een schilderij wordt gebaseerd op een gedicht dan kraait niemand ernaar. Maar wel als er een film van een boek wordt gemaakt! Ik lig daar niet wakker van. Het ene is taal, het andere beeldtaal, dus da's niet hetzelfde. Er gaan mensen zijn die het zullen vergelijken, maar dan denk ik: jij hebt het niet begrepen."
De film is niet meer simpelweg Lize Spits Het Smelt, maar ook Veerle Baetens' Het Smelt.
"Absoluut! Allebei, tuurlijk. Zij is de basis, en dat ga ik nooit verloochenen of ontkennen. Allez, tuurlijk neem ik dingen over, veel dingen. Maar ik heb ook nieuwe dingen toegevoegd. En mijn vizier is op iets anders gericht."
Welke dingen hebben jullie zelf - je medeschrijver Maarten Loix en jij - toegevoegd?
"Bijvoorbeeld een scène in bed, een voorleesscène. De scène in de schuur op het einde is toegevoegd, en ook die in de beenhouwerij (ambachtelijke slagerij, red.). We zaten met een heel passief personage in het heden. Dat werkt gewoon niet in film. Het boek is een lange interne monoloog. Die vertaal je niet zomaar door, of je moet met voice-over werken. En ik heb mezelf echt gezworen dat niet te doen. We vonden dat wel een uitdaging. Ook de schildpad in het heden is toegevoegd, want die zat eigenlijk alleen in het verleden. Zo hebben we meer kleine ideetjes die we mooi vonden meegenomen en in andere scènes verwerkt."
Ook om die link tussen het heden en het verleden wat te vergroten, en te zien hoe dingen weerslag hebben, misschien?
Nadenkend: "Ja, misschien wel."
Of was het niet per se zo bedoeld?
"Na vijf of zeven jaar film maken vergeet je een beetje van: waar ligt hier nu de oorsprong van? En waarom heb ik dat zo gedaan? Soms doe ik een interview met Lize en vragen we ons samen af: 'Stond dit in het boek?'."
Hoe hebben jullie Charlotte de Bruyne gecast? Kende jij haar van tevoren goed?
"Natuurlijk. Wij zijn een klein landje, dus we kennen elkander allemaal, maar ik heb nooit samen met haar gespeeld. We hebben allereerst de kinderen gecast, en dus was Rosa (Marchant, red.) er als eerste, de kleine Eva. Toen zijn we op zoek gegaan naar iemand die fysiek op haar zou kunnen gelijken, maar ook een goede actrice. Charlotte had ik wel eens ontmoet, want ik heb thuis zo'n schrijfkot en daar was ze wel eens geweest. Eigenlijk heeft Charlotte geen auditie moeten doen, omdat we zoiets hadden van: jij bent goed. En ze heeft iets weg van Rosa. En toen hebben de volwassen Eva fysiek zo veel mogelijk naar de jongere versie getrokken.
"Het verleden is al als eerste gedraaid en gemonteerd, en Charlotte heeft die beelden gekregen. Ze heeft zich volledig fysiek getransformeerd. Als je het echt op de keper beschouwt, heeft het vooral met de blik te maken en met de lichaamstaal. Charlotte heeft zich het personage Eva eigengemaakt door zich te baseren op Rosa. Dat maakt het zo straf ook, wat Charlotte doet, omdat ze echt componeert. Het is een compositie."
Ze lijken zó goed, tijdens de film dacht ik zelfs: heb je eerst de jeugdscènes gedraaid, en toen jaren gewacht om de rest te kunnen doen?
"Gelijk Boyhood, hè. Ik heb dat vaker gehoord en dat vond ik een heel groot compliment. Oftewel: missie geslaagd!"
Ze acteren allebei heel erg introvert, en vooral met hun ogen. Heb je daar ergens in gestuurd of heb je Charlotte de Bruyne alles zelf laten uitvinden?
"Charlotte had zich voor deze film nog nooit echt getransformeerd voor een rol, en ze had daar keiveel goesting in. Ik doe dat al een tijdje. Ik vind het leuk om dat te doen, ver weg van mezelf te blijven. En zij had alleen nog rollen gespeeld die heel erg dicht bij haar lagen. Zeer outgoing, extravert en sensueel. Een girl next door. En eigenlijk is het dan de taak van de regisseur om er vertrouwen in te hebben dat ze dat gaat kunnen, en dat proces te stimuleren."
En hoe heb je de kinderen gecast?
"Dat was een lange weg. Want het is moeilijker om een goed acterend kind te vinden, dan een volwassen acteur. Dus er waren vijfentwintighonderd kinderen die zich per video hebben ingeschreven. Na een eerste selectie hielden we daar vijfhonderd van over die we apart op auditie lieten komen, een voor een. Daarna hebben we echt in groepscastings gewerkt, omdat we geen enkel talent wilden mislopen. We brachten steeds een dag door met vijftien kinderen, en deden speloefeningen, dansoefeningen en van alles en nog wat. Op zo'n dag zie je namelijk meer. En zo kwamen we uiteindelijk tot de vijf die in de film zitten. Dat heeft wel lang geduurd, maar ik ben zeer blij met dat proces."
Waar was je dan specifiek bij die kinderen naar op zoek, wat ze moesten vertolken?
"Naar alle pijlers van het acteren. Bij die video's begin je eigenlijk met het heel simpel natuurlijk tekst kunnen brengen. Ik denk dat dat het moeilijkste is voor kinderen. Als je dat hebt, is het een goed begin. En daarna ga je werken op lichaamstaal, maar ook naar een goesting om in een emotie te duiken en om zichzelf daarin te tonen. Alsook een connectie durven maken met de andere spelers. Goh, het is... spelen is zoveel, vind ik. En uiteindelijk zo weinig ook. Het belangrijkste is om naturel tekst te kunnen geven en in die innerlijke wereld te durven kruipen, maar ook om echt in het moment te gaan."
Het klinkt stiekem nog op een bepaalde manier een beetje functionalistisch. Dat je er als acteur zelf ook naar kijkt, van: oké, dit zijn de vaardigheden die ik hoop te kunnen sturen. Maar het gaat er natuurlijk ook om dat bepaalde gevoelens naar voren komen. Dat is een interessant spanningsveld.
Ze pakt haar laptop op en begint door huis te lopen, maar praat onverstoord door: "Ja, ik denk dat er gewoon heel veel pijlers zitten aan acteren, en die hoop je zo veel mogelijk te vinden in één iemand. Maar functioneel is het altijd, want je bent wel bezig met iemand die een functie moet vervullen, hè? Je bent op zoek naar iemand die goed speelt, maar die ook direct je empathie wint. Dat is ook heel belangrijk. Je bent op zoek naar een bepaalde energie."
En hoe begeleid je ze dan vervolgens naar het spelen van soms stiekem best wel heftige scènes?
"Door heel veel tijd met hen door te brengen, eerst in de paasvakantie en daarna in de weekenden. Wat we ook deden, is een kleine Zomergasten organiseren om elkaar echt goed te leren kennen. Ik herinner me dat één van die kids zo tegen mij zei na het draaien: 'Ik heb mij nog nooit zo opengesteld als naar deze mensen.' Ze zijn ook ontzettend gegroeid. En wat voor mij het belangrijkste was, is dat die groep hecht was, en dat ze ons vertrouwden. En dat het een comfortabele zetel zou zijn waar ze in konden gaan zitten.
We hadden ook een traumatoloog aan boord die vanaf het begin van het project bepaalde kinderen mee begeleid heeft. Maar die ook bij heftige scènes zelf op de set aanwezig was, en die perfect wist hoe ze het zo moest aanpakken; dat er zich geen trauma kon installeren. Want dat is wel het laatste wat je wilt."
Hiervoor schreef je ook Tabula Rasa. Ook een verhaal waarin trauma een grote rol speelt. Wat trekt je als maker aan tot het thema van trauma?
"Als ik speel, dan ben ik heel erg met de achtergrond van mijn personage bezig. Met de blessures die ze hebben opgelopen, omdat ik vind dat dat een karakter heel erg kan bepalen. En een loop van hun leven ook. Hoe is die geworden zoals ze geworden is? Psychologie interesseert mij gewoon heel erg."
En trauma wordt misschien ook heel snel filmisch, omdat het iets heel heftigs is.
"Ja, het geeft ook diepgang. Zelfs als de film niet over een trauma gaat, kun je een trauma toevoegen aan een personage. En trauma's zijn ook zeer divers. Het gaat van heel hardnekkige gevolgen tot bijvoorbeeld gewoon willen pleasen de hele tijd. Of weet ik veel. Er zijn zo veel gevolgen. Een trauma kan ook heel kortstondig zijn, of het kan heel sluipend ontstaan zijn. Dus het is gewoon interessant om in te duiken, ook in hoe het zich lichamelijk uit. Een trauma kan zich zeer lichamelijk manifesteren; van zich klein maken, tot mager zijn, tot (gek roepend:) blèèèèh!"
Een van de dingen die mij ook heel erg opviel was dat blok ijs, waar de titel naar verwijst. Het komt vrij spaarzaam in beeld. Is het ook een bewuste keuze om mensen er niet al te snel te veel over na te laten denken, omdat het richting een bepaalde clou gaat? En waren er eerdere montages bijvoorbeeld met meer ijsblok erin, die je eruit hebt geknipt?
"Er was juist minder ijsblok in de eerste versie. We hebben een dag scènes bij moeten draaien, omdat in het scenario dat ijsblok niet werd geprepareerd. Dus Eva vertrok met een mysterieuze bak, waarvan je niet wist wat erin zat. En dat bleek niet te werken. Maar je hebt gelijk: het was wel een evenwichtsoefening. Wanneer en hoeveel laten we dat blok zien? En ook in dit interview, hoeveel moeten we erover praten? Je wilt natuurlijk dat de mensen het pas zo laat mogelijk doorhebben, hè?"
Het Smelt was een hit op het Sundance Filmfestival, mede dankzij een acteeraward voor de jonge Rosa Marchant. Opent dat nieuwe deuren voor jou?
"Ja, maar ik heb die direct terug dichtgesmeten. Toen The Broken Circle Breakdown naar de Oscars mocht gaan, heb ik Amerika al van dichtbij meegemaakt. Die Amerikanen smijten dan heel veel scenario's naar je hoofd. En op den duur zit je thuis met zo'n stapel. Maar ik heb wel gezegd: 'Kijk, ik wil geen vijfhonderd slechte scenario's toegestuurd krijgen. Ik wil gewoon mijn eigen ding doen. En als jullie mij daarin van nut kunnen zijn en mij willen ondersteunen daarin, prima!' Ik wil niet met duizend mensen in de rij staan om een middelmatig scenario te gaan verfilmen in Amerika. Trouwens, je kunt daar toch nooit je goesting doen. Dus 'why would I'?
Een film heeft vooral tijd nodig. En als die er niet is, dan wil ik er ook niet aan beginnen. Au revoir! Nee, het vergt te veel van mij om het dan maar halfslachtig te doen, want ik ben een verbeten perfectionist. En ik kan kwaad worden als mensen daar niet in meegaan en geen respect voor hebben, en me niet de tijd geven. Ik smijt me er volledig in, ik geef me volledig, maar kom niet op de klok kijken. Kom echt niet met een chronometer naast mij zitten!"
Bij Het Smelt heb je wel echt die tijd kunnen nemen?
"Absoluut. Vooral dankzij mijn producent Bart Van Langendonck, maar ook doordat corona er even is tussengekomen. Dus dat is deels ook wel per ongeluk zo gebeurd. Op een gegeven moment wilden ze mij pushen om naar Cannes te gaan, vanuit de salesagent. En nog vijf maanden daarna hebben we zitten monteren. Ik dacht: nee, ik ga dit niet indienen voordat ik blij ben. Zo van 'Hij moet af, nu!', dat werkt niet voor mij. Een deadline is oké, maar een deadline voor de film is niet oké."
Lees ook onze recensie van Het Smelt.