Dat velen zo onderhand schoon genoeg hebben van de schijnbaar eindeloze stroom Hollywoodverfilmingen van succesvolle jeugdboeken, is niet onbegrijpelijk. De huidige youngadulthype heeft echter een aangename keerzijde: door de overeenkomsten van de vele producties dringen zich vergelijkingen op die het eenvoudig maken binnen dit genre het kaf van het koren te scheiden. Zo kon bijvoorbeeld eenieder die niet helemaal wist wat te denken van The Hunger Games een jaar geleden terecht bij Divergent om te zien hoe een inferieure versie van de eerstgenoemde film eruitziet. Beide titels hebben qua verhaal en opzet namelijk bijzonder veel met elkaar gemeen, maar waar The Hunger Games enkele relevante hedendaagse onderwerpen aansnijdt, heeft Divergent niet veel meer te bieden dan hetgeen aan de oppervlakte te zien is. Laatstgenoemde draagt daarmee onbedoeld bij aan het fundament van de troon waarop The Hunger Games momenteel zetelt.
Wanneer de vorig jaar uitgekomen film wordt vergeleken met andere genregenoten, blijkt het echter allemaal best mee te vallen. Divergent was immers een stuk beter te verteren dan The Host of The Mortal Instruments: City of Bones en ook heel wat lucratiever, zelfs al was het geen doorslaand succes. Genoeg basis dus om ook de resterende boeken van Veronica Roths trilogie te verfilmen. Omdat daarbij geen tijd te verspillen is (wacht iets te lang met het uitbrengen van vervolgfilms en de jeugdige doelgroep is de franchise alweer ontgroeid), komt krap een jaar na het openingsnummer alweer de eerste vervolgfilm uit. Net als bij The Hunger Games heeft die haast ook hier erin geresulteerd dat de regisseur van het eerste deel wegens tijdgebrek moest afhaken voor het vervolg. Van een haastig in elkaar gezette film lijkt echter geen sprake.
Divergent was vooral een lange aanloop naar latere delen, maar om de kijker niet geheel onbevredigd de zaal uit te sturen, kreeg deze in het laatste halfuur een nogal haastige climax voorgeschoteld. Daarin wist hoofdpersoon Tris met een handvol bondgenoten een staatsgreep te voorkomen, wat gepaard ging met de nodige slachtoffers en een einde van haar bestaan in de factie Onverschrokkenheid. Bij aanvang van Insurgent blijken Tris, haar kersverse vriendje Four, haar broer Caleb en voormalige tegenstander Peter door de verantwoordelijke onderdrukkers de schuld te hebben gekregen voor de slachting waar de eerste film mee eindigde. Zodoende rest hen niets anders dan als voortvluchtigen door het post-apocalyptische Chicago te trekken, constant op zoek naar nieuwe onderduikadressen. Dat brengt hen bij enkele facties die nog niet eerder te zien waren, evenals bij de Factielozen, die lang niet zo hulpeloos blijken te zijn als voorheen werd gesuggereerd.
Hoewel met dit tweede deel nog altijd niet het niveau van The Hunger Games wordt gehaald, is Insurgent op veel punten wel een redelijke stap voorwaarts ten opzichte van zijn voorganger. Nu alle uitleg achter de rug is (Tris' voice-over is gelukkig verdwenen), schiet het verhaal in een wat hogere versnelling, resulterend in een aangenaam vlotte film die nauwelijks in herhaling valt bij het eerste deel. Er is volop visueel spektakel, maar gelukkig krijgen de personages ditmaal ook allemaal net wat meer te doen. Niet elke ontwikkeling werkt even goed (een ideologisch conflict tussen Tris en haar broer komt nogal koud uit de lucht vallen), maar dankzij een aantal fijne verrassingen houdt vervangend regisseur Robert Schwentke de aandacht van de kijker goed vast.
Misschien wel de grootste meevaller van Insurgent is dat het niet het typische tussendeel blijkt te zijn dat louter dient om de zaken op te zetten voor de grote finale. Dit deel gaat vooral over de nasleep van de vorige film en de makers lijken zich niet te veel te willen bezighouden met toekomstige films. Dat betekent onder meer dat enkele plotlijntjes al netjes worden beëindigd en enkele personages dientengevolge definitief van het toneel verdwijnen. Het slot van de film zou misschien niet eens hebben misstaan voor de volledige serie. We zijn echter pas halverwege, want zoals inmiddels gebruikelijk wordt de inhoud van het laatste boek over twee films uitgesmeerd. Insurgent stemt hoopvol voor de toekomst, omdat na dit deel moeilijk te voorspellen valt waar het allemaal op uit zal draaien. En dat is ook wel eens prettig.