Regisseur Lars von Trier komt vaak met zijn films in het nieuws omdat ze zo controversieel zijn; zo zouden de seks-scenes in Nymphomaniac echt zijn en choqueerde zijn nieuwste film, The House That Jack Built, zo erg tijdens het filmfestival in Cannes, dat tientallen mensen de première verlieten. Maar vorig jaar kwam de regisseur voor het eerst echt flink negatief in het nieuws, nadat actrice Björk hem beschuldigd had van ongewenste intimiteiten op de set van Dancer in the Dark. Von Trier laat zich er nu, voor de eerste keer, expliciet over uit:

''Negen op de tien journalisten schreven dat ik Björk zou hebben betast, maar dat is onzin. Ik heb het altijd ontkend, maar daar werd niet over geschreven want dat was niet interessant genoeg... Het andere verhaal is namelijk veel sappiger, ook al klopt er niks van. Oké, ik heb haar aangeraakt, maar dat doe ik met al mijn actrices. Björk had het moeilijk, ze werkte altijd gigantisch hard waardoor ze soms overstuur of ziek werd. Ik heb haar toen eens vastgepakt om haar te knuffelen. Als knuffels ongewenste intimiteiten zijn, dan weet ik echt niet hoe het verder moet. Ik kan geen film maken zonder aan mijn acteurs te komen. Voor zover ik weet heb ik haar niet op verkeerde plekken aangeraakt''.

Von Trier beweert dus vals beschuldigd te zijn. Toch vindt hij de MeToo beweging erg goed, al zegt hij wel dat we niet te snel een conclusie moeten trekken: ''Ik vind de MeToo beweging een schitterend idee; als het goed wordt gebruikt kan het namelijk van groot belang zijn. Het probleem is echter dat niemand had verwacht hoe groot de impact van het internet zou zijn. Mensen die onderdrukt worden hebben nu een manier gevonden om van zich te laten horen en dat is positief. Ik ben echter bang dat iemand die bijvoorbeeld van moord beschuldigd wordt meteen veroordeeld zal worden i.p.v. zijn onschuld te behouden tot het tegendeel bewezen is''.