Het is ongelooflijk maar waar: The Man Who Killed Don Quixote is weer in de problemen geraakt. Terry Gilliam (The Imaginarium of Doctor Parnassus, Fear and Loathing in Las Vegas, Twelve Monkeys, Brazil, Monty Python and the Holy Grail) probeert de film nu al meer dan twintig jaar te maken.

In 1998 begon Terry Gilliam voor het eerst aan de film, toen met o.a. Johnny Depp in de hoofdrol. De productie verliep zo rampzalig dat de film stopgezet moest worden. Depps tegenspeler brak zijn ruggewervel, stormen teisterden de set en overvliegende vliegtuigen van de NAVO maakten geluidsopnames onmogelijk. En dat is slechts een greep. Er werd zelfs een documentaire over de mislukte productie gemaakt, Lost in La Mancha.

In 2016 werd het lang verloren gewaande project nieuw leven in geblazen. De Portugese producent Paulo Branco, die eerder bijzondere films maakte met o.a. Raoul Ruiz, Wim Wenders, Jerzy Skolimowski, Pedro Costa en David Cronenberg maakte, bood Terry Gilliam een nieuwe kans op de film. Waarbij Gilliam volledige artistieke vrijheid kreeg in ruil voor de rechten op de film. Kennelijk regelde Branco vervolgens echter niet het benodigde geld, en Gilliam ging met een andere producent in zee om de film af te maken.

Die moest nu in mei dit jaar verschijnen en op het Cannes filmfestival in wereldpremière gaan, maar Branco claimt dat hij nog steeds de rechten heeft en de film niet kan uitgebracht worden totdat hij toestemming geeft daarvoor. Terwijl Gilliam hun contract ongeldig verklaard heeft omdat Branco zich niet aan zijn deel van de deal hield. Gilliam heeft Branco nu aangeklaagd, maar het resultaat daarvan wordt pas op zijn vroegst in juni bekend, waardoor de film niet mee kan doen aan Cannes en de release voorlopig nog onzeker is.