Binnen heb ik een plaatsje op de eerste rij weten te bemachtigen aan de linkerkant. Ik kijk even op de naambordjes en zie dat Antonio Banderas, Wesley Snipes en Jason Statham het dichtst bij me zullen zitten, helemaal niet verkeerd dus. Terwijl we wachten, gaan de journalisten druk in gesprek. Af en toe even meeluisteren is weleens leuk, omdat je dan hoort hoe venijnig het wereldje soms is. Achter mij vertelt een Belg dat hij een geweldig interview heeft gehad. Hij is duidelijk trots op het feit dat er zo'n klik was tussen hem en de actrice. Na het interview wilde ze maar blijven praten en voelde het alsof ze een gezellig gesprek voerden. De Amerikaan aan wie hij het vertelt, antwoordt dat zoiets allemaal leuk en aardig is, maar dat dat natuurlijk nog niet betekent dat hij inhoudelijk een goed interview heeft gehouden. Kattig!
Wanneer de heren (en een dame) eindelijk naar binnen komen, is het toch ongelofelijk om ze daar samen te zien zitten. Alle Expendables-films hebben een geweldige line-up gehad, maar in de komende hebben ze nog grootser uitgepakt, door ook opkomende grote namen zoals Kellan Lutz te casten. Daarnaast zijn Harrison Ford, Kelsey Grammar en Mel Gibson dit keer ook van de partij. De meeste vragen zijn gericht aan Stallone en Swarzenegger en het mag duidelijk zijn dat deze mannen weten hoe je een zaal moet bespelen. De twee troeven elkaar af met oneliners en weten de journalisten keer op keer in lachen te doen uitbarsten.
Over het verhaal wordt werkelijk niks losgelaten, maar ja, daar draait het natuurlijk ook niet om bij deze franchise. Volgens Stallone mogen we wel een hoop moois verwachten van de derde film. "De eerste was een experiment," vertelt hij. "In de tweede sloegen we naar mijn mening iets te ver door naar de komische kant. Met de derde hebben we volgens mij de perfecte balans tussen realisme en humor te pakken. With the third one we finally got it right, kind of like marriage." Over zijn medespelers heeft Stallone niks dan lof. Met Harrison Ford wilde hij al jaren graag werken, aangezien ze elkaar al kennen sinds "Lincoln in het Witte Huis zat". Mel Gibson (die met ietwat wilde blik de zaal in kijkt) is volgens Sly een van de grootste talenten van zijn generatie. Hij had de eerste Expendables zelfs door Gibson willen laten regisseren, maar die had toen geen tijd daarvoor. De jongere generatie Expendables zijn volgens hem de talenten van de toekomst, waarbij hij wijst naar de castleden op de rij voor hem. Kelsey Grammar antwoordt daarop blij te zijn tot de 'jongere' generatie te worden gerekend. De grapjes liggen er misschien dik bovenop, maar de castleden lijken het prima naar hun zin te hebben. Hetzelfde goede gevoel dat je krijgt als je naar de franchise kijkt, weten ze nu ook over te brengen op de zaal. Uiteraard worden er een aantal slechte vragen gesteld. Zo komen er meerdere vragen over de leeftijd van de acteurs. Iemand vraagt wanneer ze zich te oud zullen vinden om te acteren. Harrison Ford lijkt van die vraag bijna over zijn nek te gaan. Stallone weet de boel nog te redden door te antwoorden, dat als hij wakker wordt en zijn kont eraf valt, hij met pensioen zal gaan. De volgende vraag betreft hoe het actiegenre is veranderd sinds de jaren tachtig, waarop Mel Gibson zegt dat hij zich niet meer kan herinneren hoe het er vroeger aan toe ging, omdat hij al zo oud is.
Als afsluiter komt er uiteraard nog een Star Wars-vraag aan Harrison Ford. Kan hij wellicht een tipje van de sluier oplichten? Ford zegt dat het een geweldige cast wordt en dat JJ Abrams een regisseur op het top van zijn kunnen is. Daarna begint hij door te praten over hoe leuk de Expendables-films zijn en hoe geweldig het voor acteurs is om mee te doen. Over Star Wars wil hij duidelijk niks meer loslaten. De journalist heeft de microfoon nog in handen en probeert nog een keer door te vragen of Ford in meer dan één Star Wars-film te zien zal zijn. Ford zegt helemaal niks meer, wat een pijnlijke stilte oplevert, waarna de journalist afdruipt. Daarmee is de persconferentie afgelopen en verdwijnen de heren weer. In de lobby staat het inmiddels zwart van de mensen die zelf in het hotel logeren en een glimp proberen op te vangen. Zelfs het personeel loopt stiekem rond met mobieltjes in de hand en probeert van mij te weten te komen, welke uitgang de acteurs zullen nemen. Ze zijn wel wat gewend in de hotels van Cannes rond deze tijd van het jaar, maar dit is ook voor hen duidelijk een bijzonder gezelschap.
Na de conferentie is het tijd voor mij om mijn perspas op te halen. Alleen dan kan ik de bioscoop binnen, waar de films worden vertoond. Zonder accreditatie heb je dus eigenlijk niks te zoeken in het plaatsje, tenzij je het leuk vindt om een ster vanuit de verte te spotten. Er zijn trouwens genoeg mensen, die met enkel dat doel naar Cannes komen. Terwijl ik de voorzijde van het Palais passeer kom ik langs de rode loper, waar men druk bezig is met stofzuigen voor de volgende première. Voor de rode loper staan al de eerste dranghekken. Als de celebs aankomen, wordt de weg tijdelijk afgezet zodat de limo's er kunnen komen. Tussen de dranghekken en de rode loper zitten dus aardig wat meters, maar toch hebben mensen daar al trappetjes neergezet. Sommigen zitten al op hun trap, terwijl ze een krantje lezen. Uren in de zon wachten, hebben ze er voor over om een blik van een Cate Blanchett of Clive Owen te kunnen opvangen.