Twee jaar geleden won Danny Boyle met Slumdog Millionaire de publieksprijs op het IFFR en nu is hij terug (helaas niet in fysieke vorm) met zijn nieuwste film, 127 Hours. Het verhaal van bergbeklimmer Aron Ralston, die zijn arm moest amputeren nadat hij vast kwam te zitten onder een rotsblok, zorgde in de Verenigde Staten al voor toeschouwers die flauwvielen en ook in Rotterdam zorgde de film voor het nodige gegil. Voor zover ik kon zien, verloor niemand het bewustzijn, maar de onrust in de zaal was er niet minder om.
Het is een opvallende stap voor een filmmaker die zo kort geleden bekroond werd met zoveel Oscars om een film te maken die zich voor het overgrote merendeel afspeelt op één locatie, maar Danny Boyle heeft eerder in zijn carrière al aangegeven voor weinig terug te schrikken. Het knappe aan 127 Hours is dat de film tergend spannend blijft, hoewel de afloop van het verhaal van Ralston wel algemeen bekend is. Dit heeft vooral te maken met de ingenieuze regie van Boyle die, met behulp van zijn cameramannen Anthony Dod Mantle en Enrique Chediak, experimenteert met allerlei onorthodoxe camerastandpunten en je regelmatig naar adem doet happen met zijn hoge tempo en voortreffelijke muziekkeuze. Daar komt bij dat Boyle in zijn hoofdrolspeler James Franco de ideale man heeft gevonden om dit personage gestalte te geven. Franco treft precies de juiste mix tussen ijdelheid, charme en egoïsme en draagt de hele film op zijn schouders. Het is een bijzonder knappe prestatie van alle betrokkenen dat juist in een film waar op het gebied van het verhaal heel weinig gebeurt, dit volledig wordt rechtgetrokken door de visuele pracht en praal. En die amputatiescène? Die is inderdaad vrij gruwelijk, maar ook zo voorbij als je vijf minuten je ogen sluit.
[rating 4.5]
Maar er draaien natuurlijk ook andere, minder bekende films in Rotterdam, waaronder bijvoorbeeld het Argentijnse Carancho van regisseur Pablo Trapero. Die film houdt zich bezig met de nasleep van verkeersongelukken in Argentinië, een groot probleem in dat land. Advocaten zijn er na een ongeluk als de kippen bij om voor de slachtoffers en nabestaanden van zon ongeluk zoveel mogelijk verzekeringsgeld binnen te slepen en ook zichzelf daarmee te verrijken. Sosa (Ricardo Darin, bekend uit Oscarwinnaar El Secreto de Sus Ojos) is zon advocaat die eigenlijk genoeg heeft van zijn werk. Als hij op een nacht de arts Lujan (Martina Gusman) ontmoet, groeit er een romance tussen de twee die voor hen beiden grote gevolgen zal hebben. Carancho is de opvolger van Leonera, waarin Martina Gusman (echtgenote van de regisseur) ook al de hoofdrol speelde. Carancho is niet zo sterk als die film, maar is toch zeer de moeite waard, met name door de twee hoofdrolspelers die een uitstekende acteerprestatie neerzetten en het romantische deel van de film erg realistisch maken. En hoewel de spectaculaire ontknoping tegen het einde van de film misschien iets te vergezocht is, blijft Carancho altijd onderhoudend en spannend, iets wat de film hopelijk ook naar de Nederlandse arthouses zal brengen.
[rating 4]
La Nostra Vita is de opvolger van Mio Fratello e Figlio Unico, die de Italiaanse regisseur Daniele Luchetti een paar jaar terug ook al persoonlijk kwam presenteren in Rotterdam. En net als in die film speelt Elio Germano (die samen met Javier Bardem werd bekroond tot beste acteur van het Filmfestival van Cannes) de hoofdrol. Germano speelt de rol van Claudio, die zijn leven goed op orde lijkt te hebben. Hij heeft een goede baan in de bouwsector, en heeft twee kinderen met zijn vrouw Elena, van wie hij zielsveel houdt. Als Elena echter gaat bevallen van hun derde kind, gaat het helemaal fout. Complicaties bij de bevalling zorgen er voor dat Elena komt te overlijden. Claudio moet vervolgens met zijn drie kinderen (de baby heeft het wel overleefd) een heel nieuw leven beginnen terwijl hij ook geconfronteerd wordt met problemen op zijn werk. La Nostra Vita is zon typisch Italiaans familiedrama waar niet zo heel veel op aan te merken valt, maar die ook niet echt uitblinkt in originaliteit. Luchetti brengt mooi in beeld hoe Claudio zijn leven probeert op te pakken en de film kijkt lekker weg, maar echt meeslepend wordt het verhaal nooit. Uitzondering is de begrafenis van Elena, waarin de camera dicht op het gezicht van Germano blijft terwijl hij uit volle borst meebrult met een Italiaans popnummer, het liedje van hem en zijn vrouw. Daar bereikt Luchetti wel de intensiteit die in de rest van de film te vaak ontbreekt.
[rating 3.5]