Ook online genoeg te beleven

[header]Er valt op dit festival zat te beleven vanuit je eigen knusse kamertje. Neem nou het Nederlands Online Film Festival waar je gratis en voor niets naar 58 korte films kan kijken.[/header]Festivalmoeheid: op de een of andere manier sloeg het bij het NFF sneller toe dan bij het IFFR in Rotterdam. Ik denk dat het komt omdat dit mijn eigen stad is waar ik meestal met vrienden tijd doorbreng, maar waar ik nu dag na dag in mijn uppie rondstruin. In ieder geval was het zo dat toen vanochtend om acht uur de wekker afging (om half tien was er een screening van Calimucho) en ik de regen buiten neer hoorde vallen, ik ‘ammehoela’ dacht en me nog eens omdraaide.

Gelukkig valt er op dit festival ook zat te beleven vanuit je eigen knusse kamertje. Ik heb het niet alleen over de talkshows die elke avond live de bekijken zijn, maar ook over het NOFF: het Nederlands Online Film Festival. Het bestaat uit 58 filmpjes, sommige van nog geen halve minuut en andere van een minuut of twintig die meedingen naar een jury- en een publieksprijs. Deze 58 filmpjes zijn allemaal via de website of de NFF-pagina van YouTube te bekijken en daar heb ik mijn ochtend maar eens aan besteed.

Het mooie is dat je - anders dan bij een screening - zelf kan bepalen welke filmpjes je wel of niet kijkt en in welke volgorde. Zo heb ik filmpjes van meer dan tien minuten maar links laten liggen, en zapte ik weg als ik na twee minuten nog niets interessants had gezien. Maar: er zit veel leuks tussen. De drie films die genomineerd zijn voor de juryprijs zijn bijvoorbeeld zeker de moeite waard. Ultra All Inclusive is een soort documentaire: acht minuten lang zien we mensen - de meesten noch jong noch slank te noemen - bij een all-inclusiveresort. Er wordt geen woord gesproken, maar je blijft wel geboeid kijken. Helaas blijft er niet heel veel van hangen. Leuker zijn de andere twee, die allebei een animatie-element hebben. In Windmill neemt een jongen het à la Don Quichot op tegen een windmolen - maar dan door middel van een breakdancewedstrijd. En Noteboek vind ik eigenlijk de leukste, met animatie die er simpel uitziet maar toch heel knap gemaakt en grappig is. Gaat dat zien dus! De prijzen worden morgenavond tijdens de talkshow uitgereikt.

Ik heb natuurlijk lang niet al filmpjes gekeken en ik raad iedereen dan ook aan zelf op onderzoekstocht uit te gaan, maar ik wil toch nog twee filmpjes vermelden: Liefje, kom je nou nog?, gemaakt in het kader van het 48-uursproject (‘produceer binnen 48 uur een film’) weet geen bevredigend einde te vinden, maar is wel leuk - al moet vermeld worden dat Hanif Kureishi met hetzelfde uitgangspunt ook al het briljante korte verhaal The Penis schreef. En Wladimir is dan misschien een beetje knullig, het is wel een erg grappig filmpje - en bovendien in Utrecht gefilmd.

Het is wel zo dat de filmpjes, hoe kort ze ook zijn, vaak te lang doorgaan.L’Éphémère bijvoorbeeld is een interessant idee, en met de uitvoering is niets mis... maar het had ook in de helft van de tijd gekund. Adam is een knap staaltje sciencefiction, maar tien minuten is net verkeerd: vijf had gekund, en wie weet is het concept ook uit te strekken tot speelfilmlengte, maar nu is het net niets. Animatie vaart iets beter en een aantal filmpjes laat zien dat 3D-animatietechnieken nu voor steeds meer filmmakers toegankelijk zijn: Big Buck Bunny en Robby zien er gelikt uit. Jammer dat het verhaal vaak niet heel uitzonderlijk is.

Het NOFF laat zien dat nieuwe technieken écht invloed hebben op wat film is. Korte films zijn niet alleen maar voor filmfestivals: via het internet (youtube, in dit geval) zijn ze ook voor een groot publiek toegankelijk. En film wordt ook gedemocratiseerd omdat het steeds makkelijk en goedkoper wordt zélf een filmpje te maken en te distribueren. Het NOFF laten zien hoe groot de variatie is, zowel in lengte als in vorm, in wat nog steeds “film” kan worden genoemd.

Helaas ging het over dat vraagstuk niet echt bij de lezing ‘Re:visie: Masterclass Super PowerPoint Cinema’. De vraag of (en zo ja: wanneer) een powerpointpresentatie überhaupt een ‘film’ kan worden genoemd kwam niet eens ter sprake. Het was wel een interessante presentatie, waarin ook een presentatie van David Byrne, de man die als eerste heeft geprobeerd om powerpoint tot een kunstvorm te verheffen, werd vertoond, maar het had meer te maken met grafisch design dan met film.

Leuker was ‘50 Jaar Filmacademie: de Toekomst’: twaalf korte filmpjes, van elf vroegere en één huidige student van de Nederlandse Film en Televisie Academie. Hopelijk komen die filmpjes ook op internet een dezer dagen, want ze waren bijna allemaal de moeite waard. Eruit sprong voornamelijk Terug naar Moreelse Park: een film van Franz Weisz waarin verleden (zijn filmpje Moreelse Park uit 1959) en heden worden vermengd; de documentaire Bekende Gezichten, waarin oud-studenten (onder wie Boudewijn de Groot) aan het woord komen; de korte film Weg, over een taxirit waar niets verteld wordt maar waar je verbeeldingskracht automatisch op de loop gaat; en vooral ook het absoluut hilarische Vanwege de Vis over een studentenfilmshoot waar de wet van Murphy zich doet gelden. De korte vorm lijkt beperkend, maar zowel hier als bij het NOFF blijkt het voor veel moois te kunnen zorgen. Hopelijk is dat ook waar voor de 48-uursfilms van dit jaar, waar ik nu toch maar voor door de regen ga fietsen.



NieuwsFilm

meest populair