In 2001 speelde Black in de komedie Shallow Hal, geregisseerd door de Farrelly-broers. De film, waarin Gwyneth Paltrow zijn tegenspeelster was, had een budget van $40 miljoen en bracht wereldwijd meer dan $141 miljoen op. Ondanks dit commerciële succes blijft de film controversieel.
Oppervlakkig
Shallow Hal draait om een man die alleen aantrekkelijke vrouwen ziet totdat hij door hypnose de 'innerlijke schoonheid' van mensen waarneemt. Veel critici wezen echter op het fatshamen en de oppervlakkige humor die de boodschap ondermijnden. Black zelf beschreef de film later als een 'sell-out'.
In interviews gaf Gwyneth Paltrow aan dat ze zich ongemakkelijk voelde in de rol van Rosemary, waarbij ze een fatsuit droeg. Haar ervaring was pijnlijk: Mensen behandelden me anders en dat maakte me verdrietig', zei ze in een interview in 2006. Ze noemde de film later een slechte keuze.
Gemengde kritieken
De film kreeg gemengde recensies en scoorde 50% op Rotten Tomatoes. Hoewel het publiek deels genoot van de slapstick-humor, werd de stereotypering en het gebrek aan nuance scherp bekritiseerd. Black en Paltrow gaven aan dat ze spijt hadden van hun betrokkenheid bij het project.
Toch bracht de samenwerking met de Farrelly-broers Black aanvankelijk enthousiasme. Het regisseursduo had succes geboekt met klassiekers zoals Dumb and Dumber en There's Something About Mary. Dit maakte de teleurstelling over Shallow Hal extra groot voor de acteur.
Pijnlijk voorbeeld
Met Shallow Hal blijft de filmgeschiedenis een voorbeeld rijker van hoe komedie soms kan falen. Jack Black leerde zijn lessen, maar voor veel kijkers blijft deze film een pijnlijke herinnering aan slecht uitgevoerde humor.