[header]Op de derde dag van het festival mijn eerste echte tegenvaller, een leuke animatiefilm en fantastisch camerawerk bij een verder niet zo interessante film.[/header]De spoken zijn gelukkig inmiddels verdwenen uit mijn zicht, maar daar doemt de volgende horror al op: de eerste echte teleurstelling van het festival. Ze zitten er altijd bij, net zoals er altijd absolute toppers tussen zitten. Daar wacht ik trouwens nog steeds op, maar dat komt misschien wel doordat ik een aantal films van te voren al gezien heb en die dus niet echt bij de festivalervaring horen naar mijn gevoel. Ach, ze komen nog wel.
Die eerste tegenvaller heet Help Me Eros, een Taiwanese film over een man, Ah Jie, die depressief is nadat hij zijn fortuin op de beurs heeft verloren. Hij verliest zich in zijn marihuanaplanten, belt een hulplijn en versiert een notenverkoopster. Ah Jie vindt liefde, maar verliest ook die weer met stom, door drugs aangestuurd gedrag. Naarmate de film vorderde kon ik steeds minder sympathie voor hem opbrengen, terwijl de tragiek er niet minder op werd. Tegen het eind kon zijn lot me zelfs zo weinig meer schelen, dat ik even in slaap viel
het statische camerawerk hielp daarbij ook niet.
Mijn derde film van het Rotterdammerüng (twilight of cinema volgens de beschrijving) programma, Fear(s) of the Dark, was een stuk leuker (de eerste twee waren de horrorfilms die ik in mijn eerste en tweede dagverslag besprak). Zes verschillende zwart-wit animatiefilmpjes over angsten en duisternis, met elk een unieke stijl. Hoogtepunt is het laatste gedeelte, van Richard McGuire, waarin een man in een huis met geheimen belandt. Een fascinerend en humoristisch spel met licht en donker. Het filmpje van Charles Burns, waarin een onzekere jongen ten prooi valt aan een mooi meisje, is ook erg goed, alsmede die van Lorenzo Mattotti waarin mensen verdwijnen in een moeras. De nachtmerries van een meisje en de abstract geïllustreerde angsten van een intellectueel zijn dan weer minder interessant. Toch kan ik tevreden vaststellen dat de Rotterdammerüng films me tot nu toe best bevallen.
Mijn laatste film van de dag viel dan weer een beetje tegen. Bela Tarrs nieuwste, The Man from London, is zo traag als stroop en heeft vrij weinig om het lijf. Het simpele verhaal wordt uitgesmeerd over 135 lange minuten, en de karakters maken weinig ontwikkeling door. Het morele dilemma waar de hoofdpersoon voor staat (een koffer met geld wel of niet gebruiken, waar hij een man voor zag vermoord worden) komt nauwelijks echt naar voren, en de lege blikken van de acteur zeggen weinig. Tilda Swinton maakt in het Frans in enkele scènes dan een stuk meer indruk, maar die heeft dan ook een veel expressievere rol. Nee, wat deze film toch nog net de moeite waard maakt, is het prachtige zwart-wit camerawerk, dat in enkele shots werkelijk een genot is om naar te kijken. Dat klinkt als weinig, maar deze shots duren soms minutenlang; er is weinig gemonteerd in de film. De strakke belichting levert regelmatig fantastische plaatjes, en de close-ups van ronduit fascinerende hoofden gezichten mogen er zo nu en dan ook wezen. Als er nou verder nog iets anders boeiend was geweest
Tot nu toe gezien:
The Man from London (Bela Tarr, Hongarije) [rating 3]
Fear(s) of the Dark (Blutch, Burns, Caillou, Di Sciello, Mattotti, McGuire) [rating 3.5]
Help Me Eros (Lee Kang-sheng, Taiwan) [rating 2]
The Unseeable (Wisit Sasanatieng, Thailand) [rating 3.5]
Mio fratello è figlio unico (Daniele Luchetti, Italië) [rating 3.5]
End of the Line (Gustavo Steinberg, Brazilië) [rating 3.5]
You, the Living (Roy Andersson, Zweden) [rating 4]
George A. Romeros Diary of the Dead (Raad eens wie, Verenigde Staten) [rating 4]
Vasermil (Mushon Salmona, Israël) [rating 3]
TBS (Pieter Kuijpers, Nederland) [rating 3.5]