Pippi Långstrump (1949)
Pippi en haar vader zeilen op de grote oceaan. In een verschrikkelijke storm die plots opsteekt slaat Pippi's vader overboord. Wetende dat haar vader haar nooit alleen zou achterlaten, vertrekken Pippi, haar aapje meneer Nilsson en Paard vol vertrouwen naar hun kleurrijke huis Villa Kakelbont. om daar op zijn terugkeer te wachten. Thuis gekomen ontmoet ze Tommy en Annika, haar nieuwe buren. Tommy en Annika vervelen zich dood en zijn nieuwsgierig naar het bontgekleurde meisje met rare staarten. Pippi brengt eindelijk leven in de brouwerij. En hoe! Binnen de kortste keren zet Pippi het hele dorp op stelten en krijgt ze mevrouw Prysselius, de grootste bemoeial van het dorp, achter zich aan. Zij wil Pippi in een kindertehuis stoppen. Tot overmaat van ramp weten twee gevaarlijke boeven te ontsnappen die het op Pippi's goud hebben voorzien. Gelukkig is Pippi niet voor één gat te vangen.