Filmtotaal Recensie
Regie: Christian Gudegast | Cast: Gerard Butler ('Big Nick' O'Brien), Pablo Schreiber (Ray Merrimen), O'Shea Jackson Jr. (Donnie Wilson), Curtis '50 Cent' Jackson (Enson Levoux), Brian Van Holt (Murph Connors) e.a.| Speelduur: 140 minuten | Jaar: 2018
Hoewel regelmatig terecht wordt gesteld dat Hollywood bijna geen risico's meer neemt, zijn er af en toe uitzonderingsgevallen die vragen oproepen. Den of Thieves oogt in alles als een simpel tussendoortje, maar met zijn speelduur van bijna tweeënhalf uur en ambitieuze neigingen past hij toch moeilijk als dertiende in een dozijn. De vraag dringt zich aldus op waarom Christian Gudegast hiervoor als debuterend regisseur werd aangesteld. Het script van een vergeten Vin Diesel-film (A Man Apart) en een schrijfbijdrage aan London Has Fallen (met daartussen een gat van meer dan tien jaar) zijn meestal niet bepaald voldoende ervaring om met tientallen miljoenen eigen werk te mogen verfilmen. Misschien was de risicovermijdende Hollywoodmethode hier gepast geweest, want Gudegast lijkt iets te verliefd op zijn script, terwijl een ervaren regisseur er met wat simpele ingrepen een prima tussendoortje van had kunnen maken.
De eerdergenoemde lengte is een van de voornaamste problemen van Den of Thieves, al kan worden tegengeworpen dat het zeer vergelijkbare Heat nog een half uur langer is. Het grote verschil is dat Heat een onvervalste klassieker is die zijn pretenties weet waar te maken, terwijl Den of Thieves enkel slaagt op een basisniveau. Heat draait immers niet louter om het simpele verhaal van overvallers en de agenten die daar jacht op maken, maar zet vooral in op de vergelijkbare leefstijlen van protagonist en antagonist, het welhaast labyrintische effect van de stad Los Angeles en de onmogelijkheid een intense baan te combineren met een privéleven. Den of Thieves poogt Heat op te volgen met nagenoeg dezelfde plotelementen, structuur en thematiek, maar klungelt in het eerste uur met tal van scènes die veel te dik aangezet zijn en nergens toe leiden.