Filmtotaal Recensie
Regie: Boris Khlebnikov en Aleksei Popogrebsky | Cast: Gleb Puskepalis (de zoon), Igor Csernyevics (de vader), Vera Sandrykina (Tania), Vladimir Kucherenko (Mikhael) e.a. | Duur: 100 min.
Denkend aan Rusland zie ik wouden en bossen, traag door oneindig landschap gaan. Ik zie toendras levenloos de permafrost trotseren. Bontmutsen bewonen roestige dorpjes en melancholie stroomt door de straten. De natie laaft zich aan aardolie, de burger aan wodka. Hoe poëtisch het ook klinkt, het is eigenlijk niet veel meer dan een stereotypering van het veelzijdige Rusland. In de Russische film Roads to Koktebel wordt geen poging gedaan om dit beeld te weerleggen. Sterker nog, de film bevestigt het en omarmt het met toegewijde gretigheid. Kleurloze omgevingen vormen het decor van een minimalistisch verhaal over een aan lager wal geraakte vader die samen met zijn elfjarige zoon op weg is naar Koktebel, een stadje aan de noordkust van de Zwarte Zee, op de Krim.
De film opent met een shot waarin het beeld lange tijd zwart blijft. Langzaam wordt de verlichtingsterkte opgeschroefd en valt er iets te zien: een grote afvoerpijp onder een spoorbaan. Hieruit klauteren de vader en de zoon; hiervandaan begint hun tocht. Althans, binnen de tijdsspanne van de film, want we weten niet hoe lang ze al op weg zijn. De film laat dat in het midden, want het gaat om het eindpunt van de reis en niet om het begin. In roadmovies is het juist zaak om het verleden achter te laten. De personages maken een psychologische ontwikkeling door die parallel loopt met de fysieke reis van A naar B.