Django Unchained
Recensie

Django Unchained (2012)

Kan Tarantino met zijn langverwachte western het succes van Inglourious Basterds herhalen?

in Recensies
Leestijd: 3 min 46 sec
Regie: Quentin Tarantino | Cast: Jamie Foxx (Django), Christoph Waltz (Dr. King Schultz), Leonardo DiCaprio (Calvin Candie), Kerry Washington (Broomhilda), Samuel L. Jackson (Stephen), e.a. | Speelduur: 165 minuten |Jaar: 2012

Dat Tarantino het westerngenre altijd al een warm hart heeft toegedragen, is geen groot geheim. In zijn eerdere werk waren hier en daar al wat invloeden te herkennen; van de Mexicaanse standoff in Reservoir Dogs tot de briljante openingscène uit Inglourious Basterds, die sterk aan Leones Once Upon a Time in the West deed denken. De regisseur speelde bovendien rolletjes in films als Desperado en Takashi Miikes Sukiyaki Western Django. Een western uit de handen van Tarantino heeft dus eigenlijk al jaren op de loer gelegen. Dit maakt de verwachtingen uiteraard hooggespannen. Is het Tarantino gelukt om opnieuw een meesterwerk af te leveren?

Om maar gelijk met het slechte nieuws te beginnen: nee, zo sterk als Inglourious Basterds is Django Unchained helaas niet. Daarvoor mist de film net dat sprankje genialiteit, het gevoel dat elke scène en elk stukje dialoog precies klopt zodat er een perfect geheel ontstaat. Vooral het verhaal van Django Unchained heeft minder om het lijf dan Inglourious Basterds. Hoewel Tarantino de periode van slavernij op een absurdistische manier weet te benaderen en het genre van de spaghettiwestern op een interessante wijze weet te mixen met een blaxploitationsausje, blijft het plot toch niet meer dan een dialoogrijk, maar mager wraakverhaal, dat minder sprankelt dan zijn voorganger. Ook de opbouw is dit keer wat rommeliger. Waar Inglourious Basterds effectief gebruik maakte van verschillende segmenten met een duidelijk begin- en eindpunt, volgt Django Unchained een minder duidelijke structuur, waardoor de boel soms wat onevenwichtiger en hier en daar onaf aanvoelt. Iets wat met een eventuele director’s cut in de dvd-release kan worden hersteld. Fans van Tarantino hoeven zich echter niet af te laten schrikken door deze kritische eerste alinea. Een tweede Inglourious Basterds is Django Unchained] dan misschien niet, maar er blijft nog meer dan genoeg over om van te kunnen genieten.

In de eerste plaats zijn dat de fantastische vertolkingen. Degene die wederom het meest in het oog springt, is Christoph Waltz, die voor zijn rol opnieuw een Golden Globe won en wellicht ook de Oscar (de nominatie is al op zak). Hoewel zijn optreden op het eerste gezicht niet veel verschilt van die als SS-kolonel Hans Landa, met uitzondering van het feit dat je je als kijker deze keer met minder moeite achter zijn personage kunt scharen, is zijn optreden wederom subliem en krijgt hij al snel het publiek op de hand. In tegenstelling tot Waltz werd Foxx’ personage niet direct met hem op het oog geschreven, maar hij houdt zich prima staande. Als zwijgzame held past hij perfect in het westernplaatje. Naar de schurkenrol van DiCaprio werd eveneens reikhalzend uitgekeken. DiCaprio doet het niet onaardig als Calvin Candie en weet zeker indruk te maken, maar hij heeft de pech dat zijn spotlight op sommige momenten onverwachts gestolen wordt door Samuel L. Jackson, als Candies persoonlijke huisslaaf Stephen. Een bizar personage dat door Jackson zelf in een interview met Empire omschreven werd als “the most despicable negro in cinematic history”.

Ook stilistisch gezien is Django Unchained van een hoog niveau. De film oogt stijlvol, maar maakt tegelijkertijd ook gebruik van een aantal opmerkelijke cameratechnieken, zoals het gebruik van dramatische zooms en close-ups, wat bijdraagt aan een lekker campy en nostalgisch sfeertje. Tarantino heeft ook dit keer weer een hoop tijd gestoken in het samenstellen van de soundtrack. Het resultaat is een gevarieerd geheel geworden. Uiteraard mag het werk van Ennio Morricone niet ontbreken en komen ook countrynummers van Johnny Cash en Jim Croce voorbij, maar er is ook plaats voor moderne tracks van John Legend, hiphopproducer Rick Ross en een speciaal voor de film samengestelde mash-up van ‘Godfather of Soul’ James Brown en Tupac. Hoewel het gebruik van deze nummers waarschijnlijk niet bij iedereen in de smaak zal vallen, werken ze wel verfrissend en sterker nog, de moderne muziekkeuze voelt nergens misplaatst aan.

Al met al kan Django Unchained het best beschreven worden als pure entertainment. Na de sterke opening zakt de film halverwege een beetje in, maar hij eindigt in een explosieve orgie van geweld zoals we van Tarantino gewend zijn. Het zijn echter wel zijn eigen fans - en niet die van het genre - die bij zijn herziening van de spaghettiwestern het meest aan hun trekken zullen komen. Voel je je meer thuis in die eerste categorie, dan zul je aan Django Unchained de nodige plezier gaan beleven.