Van de Aziatische cinema belandt teleurstellend weinig in de westerse bioscopen. Liefhebbers kunnen gelukkig hun hart ophalen bij het Internationaal Film Festival Rotterdam. De Japanse cineasten zijn hier doorgaans goed vertegenwoordigd. Een graag geziene filmmaker is Hirokazu Kore-eda, die voor de fijnproever van de Japanse film nauwelijks introductie behoeft. Kore-eda maakte in 2004 wat wellicht wel mag doorgaan als het meest schrijnende drama van de recente Japanse filmgeschiedenis. Nobody Knows is het relaas van vier kinderen in een buitenwijk van Tokio die compleet aan hun lot worden overgelaten als hun moeder de benen neemt.
Kore-edas werk is uiteenlopend van toon. Vaak emotioneel diepgravend, maar soms met bovennatuurlijke (After Life) en zelfs absurdistische kantjes (Air Doll). Dikwijls speelt het gezin een grote rol, getuige het reeds genoemde Nobody Knows en zijn recente familie-epos Still Walking. Voor zijn nieuwste drama gaat dit zeker op. We maken in Like Father, Like Son kennis met de hardwerkende middenklasser Ryota die zijn zesjarige zoon Keita orde en discipline probeert bij te brengen. Een dag niet gestudeerd achter de piano betekent in Ryotas optiek een hoogstnoodzakelijke inhaalslag van enkele dagen. Keita kijkt op tegen zijn vader en ondergaat de druk die hem wordt opgelegd lijdzaam. Zijn moeder Midori is boven haar stand getrouwd en staat ondanks zijn wat merkwaardige opvoedingspraktijken pal achter haar man. Een telefoontje van het ziekenhuis gooit het leven van het jonge gezinnetje compleet overhoop.
Er is een vergissing gemaakt toen Keita is geboren en het jochie is verwisseld met de zoon van een arbeidersgezin dat een eenvoudig winkeltje in een buitenwijk uitbaat. Na grote verbazing, woede en onbegrip maken de twee families kennis met elkaar en vooral met elkaars kinderen. De twee moeders hebben nog wel het één en ander gemeen, maar de tegenstellingen tussen de vaders kunnen haast niet groter zijn. Kore-eda zoomt langzaam in op de emotionele impact die de vergissing van het ziekenhuis heeft op met name vader Ryota. Is hij eigenlijk wel een goede vader geweest en is het wel zo gemakkelijk om plotsklaps om een ander, onbekend kind te gaan geven? De twee gezinnen wringen zich in de meest onmogelijk bochten om de fouten uit het verleden ongedaan te maken. Er worden uitjes georganiseerd, waarbij de kinderen helemaal niet doorhebben wat de eigenlijke insteek van de ontmoetingen is. De twee zoons mogen bij hun echte families logeren, wat allesbehalve soepel verloopt.
Centraal staat de vraag of het iemands DNA is dat bepaalt wie écht je gezin vormt. Of is het de opvoeding die zorgt voor een band? Dit wordt aangevuld met geijkte themas als sociale status en de druk van opvoeding. Met Like Father, Like Son stuurt Kore-eda continu weg van een loodzware sfeer, lardeert het zelfs dikwijls met een flinke dosis relativering en humor, maar weet desondanks de emotionele lading van de situatie te benadrukken. De ontwikkeling van vader Ryota is niet al te verrassend, maar door de integere aanpak van de regisseur en het sterke, gelaagde spel van hoofdrolspeler Fukuyama Masaharu leer je langzaam van de vader en zijn vele fouten te gaan houden. Het is bovenal het ongekende vakmanschap van Hirokazu Kore-eda dat zijn fijnzinnige drama behoedt voor ontelbare clichés, valkuilen en uitglijers. Like Father, Like Son ontving de juryprijs en een prijs van de Oecumenische Jury in Cannes. Steven Spielberg verwierf de rechten voor een Amerikaanse remake.