Wie houdt er nou niet van lekker eten? En van familie? Wat te denken van romantiek? En iedereen zal wel de charme kunnen inzien van een ouderwets Frans dorpje, of de exotische Indiase cultuur. Helemaal mooi is het als die twee culturen van elkaar kunnen leren, zodat iedereen uiteindelijk in harmonie leeft. Of nog beter: stop het allemaal gewoon in dezelfde film. Succes verzekerd.
Zie daar The Hundred-Foot Journey, een film die zo krampachtig hartverwarmend wil zijn, dat het eindresultaat een gebergte van zoetsappige clichés is geworden. Het is feelgoodcinema van de meest voorspelbare en goedkope soort. Maar toch kijkt zeker de helft van deze boekverfilming heel makkelijk weg.
Clichés zijn niet voor niets clichés geworden. Ze zijn tot vervelens toe gebruikt omdat ze goed aanslaan. En zo zal het ook wel werken met deze nieuwste film van Lasse Hallström, die met degelijke films als Whats Eating Gilbert Grape, The Cider House Rules en Hachi al duidelijk maakte niet vies te zijn van massaontroering. The Hundred-Foot Journey volgt een compleet platgetreden pad, maar heeft met romantiek, familiedrama, verschillende culturen en veel lekker eten wel voldoende afwisseling.
De film opent met Hassan, een jonge voedselfanaat die na de dood van zijn moeder met zijn familie vanuit India naar Engeland verhuist. Het eten valt er tegen (groentes hier hebben geen ziel) en dus wijkt het gezin al snel uit naar het zonnige Zuid-Frankrijk. De Indiërs belanden in een klein dorpje dat een klassiek Michelin-restaurant als hoofdattractie heeft. Vader besluit het leegstaande pand aan de overkant van de weg te kopen, om daar een eigen restaurant te starten waar hij het Franse publiek kennis wil laten maken met al het heerlijks uit zijn eigen land. En dat betekent natuurlijk oorlog, want de pedante Madame Mallory laat haar elitaire voedselpaleis niet zomaar aangetast worden door harde sitarmuziek en sterke tandooriwalmen. Maar intussen wordt Hassan verliefd op een werknemer van Mallory en blijkt hij ook nog eens heel goed te kunnen koken. En zo zien we na anderhalf uur 'boeuf bourguignon à la Hassan' op het menu verschijnen.
De film is dan nog niet afgelopen. Kijkers hebben al een flinke portie voorspelbaarheid op hun bord gekregen, maar Hallström propt nog een dik half uur vol met uitgekauwde, mierzoete boodschappen. En dan wordt het toch echt te veel. Het maakt niet uit dat je een actrice als Helen Mirren hebt (en ook de rest van de cast laat enthousiast spel zien). Met zo weinig verrassing en diepgang blijf je vooral achter met een overvol gevoel en een weeïge nasmaak.