Het is een bekend gegeven dat de in Zeeland geboren Annie Maria Geertruida Schmidt niet uitzonderlijk dol was op kinderen, maar des te meer op alcohol en sigaretjes. Toch is ze het bekendst geworden van haar kinderboeken, naast de vele gedichten, toneelstukken en liedteksten die ze voor volwassenen schreef. Schmidts zoon Flip van Duijn heeft zich ontfermd over het oeuvre van zijn beroemde moeder. Van Duijn heeft het kinderschrijfwerk van Schmidt toevertrouwd aan Burny Bos en zijn productiemaatschappij. Het heeft geleid tot een reeks zeer geslaagde verfilmingen van jeugdsentiment als Minoes, Abeltje en Pluk van de Petteflet. Wiplala is na Jip en Janneke waarschijnlijk het populairste kinderwerk van Annie M.G. dat nog niet naar het grote doek was vertaald.
Burny Bos regisseert nooit zelf. Dit keer vertrouwde de succesvolle producent de regie toe aan Tim Oliehoek die, laten we eerlijk zijn, wel weer eens een succesje kon gebruiken. Oliehoek mag tevreden en wellicht opgelucht achterover leunen. Naast het uitstekende bronmateriaal weet de Vet Hard-regisseur zich verzekerd van een uitstekende cast, aansprekende speciale effecten en een prachtige art direction. Hij heeft het verhaal van de toverende - pardon: tinkelende - kabouter - pardon: Wiplala - naar de tegenwoordige tijd weten te vertalen zonder al te veel afbreuk te doen aan de sfeer en nostalgie van Schmidts oorspronkelijke schrijfsels.
Wiplala speelt zich grotendeels buiten en in een ontwricht gezin af. Van de overleden moeder wordt wel gewag gemaakt, maar het leidt niet tot tranentrekkende taferelen. Het gezin van onderwijzer Blom moet alleen een stukje beter en efficiënter georganiseerd worden. Zijn net iets te bijdehante dochter Nella Della heeft de moederrol op zich genomen en vergeet soms dat ze ook nog maar een kind is. Haar jongere broertje Johannes heeft nog wel de fantasierijke instelling die bij zijn leeftijd hoort. Daarom wordt hij aanvankelijk niet geloofd als de minuscule Wiplala opeens in de Amsterdamse keuken opduikt. Het kleine mannetje, dat dol is op pindakaas en andere smurrie, is uit zijn eigen wereld geschopt omdat hij zijn toverkrachten niet in bedwang kan houden. Eerst mag de kat van het gezin eraan geloven en dan 'tinkelt' Wiplala ook nog eens de lokale dichter Arthur Hollidee om in een reuzenstandbeeld. Na een bezoek in een chique restaurant moet het hele gezin onder Wiplala's knullige gedrag lijden.
Kenmerkend voor de verhalen van de Zeeuwse succesauteur grijpt alles prachtig in elkaar. De smoorverliefde buurvrouw maakt zich grote zorgen als haar geliefde dichter onvindbaar blijkt, niet wetende dat hij het grote standbeeld in de Amsterdamse Jordaan is. De media duikt er vol op en Hollidees honderdzevenenveertig dichtbundels worden opeens bestsellers. Het is een zijplotje dat eigenlijk niet als zodanig mag worden afgeserveerd. Een groot deel van het verhaal draait om de terugkeer van Bloms gezin naar huis, in miniatuurvorm welteverstaan. We hebben hier te maken met een Nederlandse film met een bijbehorend budget. Door creatieve beslissingen zie je dit er niet aan af. Hoogtepunten vormen een race in een radiografisch bestuurbare jeep over de Spiegelgracht en Museumplein en een vlucht op een duif hoog boven de Mokumse daken. Het ziet er allemaal prachtig uit, maar de bescheiden speciale effecten drukken de kracht van het werk van Schmidt niet. Het zijn bovenal het meeslepende verhaal en de warme personages die de sfeer maken.
De gespleten pupillen van Weisz' contactlenzen blijven een beetje wennen. Het maakt de stuntelige sympathieke Wiplala ook een beetje eng en ondoorgrondelijk. Wiplala belooft de kersthit van 2014 te worden. Dat kan niet alleen Oliehoek gebruiken; dat hebben we allemaal nodig!