Ridley Scott, de meester van genreklassiekers als Alien en Blade Runner, gaat opnieuw de ruimte in. Meer nog dan sciencefiction is The Martian een epische reddingsoperatie met elementen van de rampenfilm. Bovenal is het een overlevingsdrama van het optimistische soort waarin onze Robinson Crusoe niet strandt op een afgelegen eiland, maar op een verlaten planeet.
The Martian is gebaseerd op de debuutroman van voormalig computerprogrammeur Andy Weir. Het scenario is van Drew Goddard, schrijver van onder meer World War Z en Cloverfield. Matt Damon speelt Mark Watney, een Amerikaanse astronaut die tijdens een missie op de planeet Mars in een zware storm terechtkomt en zoekraakt. Om de vijf andere bemanningsleden te redden, moet kapitein Melissa Lewis, een rol van Jessica Chastain, de dood gewaande Watney achterlaten en onmiddellijk evacueren. Maar de astronaut blijkt nog te leven en blijft alleen achter op een onbewoonde en onbewoonbare planeet. Het zal niet lang duren voor zijn voorraad water, voedsel en zuurstof op zal raken. Om contact te kunnen maken met de aarde en te laten weten dat hij nog leeft, zal Watney al zijn vindingrijkheid en wilskracht moeten aanboren. En het moeten uitzingen tot hulp arriveert.
Met genoegen toont regisseur Scott de lulligheid van het geïsoleerde leven op een verre planeet gewassen bemesten met eigen drollen, intergalactisch knutselen met plastic zeil en duct tape, bij gebrek aan beter afleveringen van Happy Days kijken maar speelt daarbij wel op de lach en niet zozeer op de psychologie. De (morele) dilemmas legt hij neer bij de mensen van NASA en niet bij de held zelf. Zijn strijd is niet alleen een gevecht tegen de elementen, maar meer een kwestie van het behouden van de spirit. Laat Watney daar nu net weinig moeite mee hebben. De astronaut is nog het meest verbolgen over het feit dat hij is overgeleverd aan de collectie discomuziek van zijn kapitein. Matt Damon te zien kokhalzen boven een emmer mest terwijl de Homo 100 uit de speakers klinkt is hilarisch. En de combinatie van badass spacegear met ABBA is meer dan de som der delen.
De grappen uit de controlekamer en de boardrooms bij NASA ontstijgen niet altijd het niveau van de humor die het genre dicteert. Denk aan whizzkids die volledig worden gedefinieerd door hun sociale onhandigheid. Wél verfrissend is de attitude van held en niet te vergeten slachtoffer Watney. De astronaut heeft tijdens zijn eenzame tijd op de planeet tegenslagen te verwerken, afgewisseld met Baantjereske momenten van inzicht. Maar het gros van zijn scènes in totale afzondering van alles en iedereen bestaat uit bijna kluchtige voorvallen. Tijdens die verbeelding van het dagelijkse leven op Mars, dat Watney documenteert met een videologboek, is zowel de film als zijn hoofdrolspeler op zijn best. Damon is perfect als een zelfingenomen en vindingrijke John McClane in space. Gretig strooit hij met oneliners; het plezier spat ervan af.
Totaal afgezonderd is Mark Watney, met, zoals de filmposter ons leert, hulp die slechts honderdveertig miljoen mijl van hem verwijderd is. Niet alleen op de wereld, maar als enige niet óp die wereld. Maar een parabel over existentiële eenzaamheid, zoals Moon dat was, heeft Scott niet willen maken. Nee, The Martian is meer zoals All is Lost of 127 Hours een lofzang op inventiviteit en overlevingsdrang. En nog meer dan dat een blockbuster. De actiescènes mogen er dan ook zijn. Het spektakel kent ondraaglijk spannende momenten en nagelbijtende scènes, die alleen al door de verse herinnering aan Sandra Bullocks helletocht in Gravity, de haren doen rijzen. Op die momenten is de film rasechte suspense. Geen genreklassieker, wel een onvolprezen bioscoopervaring.