Opmerkelijk dat het bijna twintig jaar heeft geduurd tot Luc Besson weer terugkeerde naar het genre waarmee hij de meeste bekendheid verwierf. De Fransman brak in 1994 definitief door met het misdaaddrama Léon dat door zowel pers als publiek lovend werd ontvangen, maar maakte daarna geen films meer die in dat straatje pasten. Hij zal misschien niet in herhaling hebben willen vallen en koos voor genres als sciencefiction (The Fifth Element), fantasy (Arthur and the Minimoys) en historisch drama (The Lady), terwijl de misdaadfilm in zijn loopbaan alleen nog voorkwam in de vorm van scenarios.
Vermakelijk waren zijn films meestal wel, maar nergens stegen ze echt boven de middenmoot uit. Jammer genoeg weet hij die lijn niet te doorbreken nu hij zijn pijlen weer heeft gericht op de gangsterwereld. Kijkers hoeven dus geen hoge verwachtingen te hebben van de boekverfilming Malavita. Als pretentieloze actiekomedie kan de film er nog net mee door.
Dat is met name te danken aan de cast. Zelfs op de automatische piloot overtuigt Robert De Niro nog altijd als veteraanmaffioso. En Michelle Pfeiffer schakelt zoals ze wel vaker heeft laten zien vermakelijk heen en weer tussen charmante dame en vals kreng. Dat de appel niet ver van de boom valt, bewijzen hun kinderen al op de eerste schooldag. Dochter Belle windt de jongens moeiteloos om haar vinger om ze even later volledig af te ranselen zodra ze avances beginnen te maken. Zoon Warren weet binnen de kortste keren op een geslepen manier voor handlangers te zorgen om pestkoppen aan te pakken.
Onopvallend blijven is dus niet de sterkste eigenschap van de familie Blake. En dat kan ze duur komen te staan, want sinds vader Fred - of eigenlijk Giovanni - in New York tegen de maffia getuigde, zijn hij en zijn gezin hun leven niet meer zeker. Dankzij het beschermingsprogramma van de CIA kunnen ze zich in een rustig Frans dorpje voordoen als een doodnormaal Amerikaans gezin, maar gemakkelijk is het niet om hun ware aard te verbergen en zich te beletten om problemen op hun eigen manier op te lossen.
Dat laagje schone schijn dat al bij kleine incidenten verdwijnt om plaats te maken voor gangsterinstinct, levert af en toe geestige scènes op, maar het blijven altijd voor de hand liggende inkoppers. Daar komt bij dat de afwisseling van zwarte komedie en misdaadthriller niet helemaal lekker uit de verf komt. Niet te veel nadenken dus, bij deze nieuwste film van Besson. Net als bij het gros van zijn films eigenlijk. Op de kwaliteit van Léon moeten we misschien niet meer rekenen.