Films die zich afspelen op het platteland in de negentiende eeuw schetsen allemaal een vergelijkbaar beeld. Vrouwen zijn achtergestelde wezens die naar hun (vaak oudere) mannen te luisteren hebben. Elke ochtend worden de vrouwen in een korset gesnoerd, moeten zij parmantig uit hun kopje thee drinken en verblijven zij de rest van de dag binnenshuis met een gebedenboek in de hand. Je hoopt voortdurend dat die sociale ongelijkheid wordt bestreden met een flinke dosis feminisme.
Lady Macbeth, gebaseerd op de in 1865 verschenen novelle 'Lady Macbeth uit het district Mtsensk' van Nikolaj Leskov, voelt ondanks zijn negentiende-eeuwse situering opvallend eigentijds aan. Dat komt vooral omdat het vrouwelijke hoofdpersonage Katherine een weerbarstig type is. Geen weerloos schaapje dat blindelings de bevelen van haar man opvolgt, eerder een vrouw die gevaarlijk dicht in de buurt van de 'femme fatale' komt, zoals we die kennen uit het film noir-genre. Waar in Wuthering Heights (een drama dat qua thematiek en tijdsbeeld verwantschap vertoont met Lady Macbeth) de grenzen van vrouwenemancipatie op subtiele wijze worden verkend, daar gaan in Lady Macbeth al vroegtijdig alle remmen los. Gelukkig maar.
Uit de openingsscène blijkt meteen dat het huwelijk van Alexander en Katherine is gebaseerd op een liefdeloze overeenkomst. Achter de witte bruidssluier gaat Katherines hulpeloze blik schuil. 'Mijn vader heeft je gekocht met een stuk land waarop nog geen koe kan grazen', zegt Alexander later in de slaapkamer. Kennelijk is de verstandhouding met zijn jonge vrouw zo bekoeld, dat hij zelfs in de nachtelijke uurtjes niet in staat is om met haar te vrijen. In plaats daarvan moet ze poedelnaakt in de kamer staan met haar gezicht naar de muur toe, terwijl hij zichzelf bevredigt.
Zulke ongemakkelijke scènes werken als een brandstof voor de ontvlammende liefde tussen Katherine en de nieuwe stalknecht, een jongeman die totaal geen kennis van omgangsvormen of etiquette heeft. Zodra Alexander het landgoed voor een poosje verlaat, begint Katherine haar vrijheid te ontdekken. Eindelijk kan ze genieten van de buitenlucht en hoeft ze niet dat stomme korset aan -maar de échte bevrijding vindt natuurlijk plaats op seksueel gebied. In bed met een minnaar van een lagere stand blijkt de machtsverhouding plotsklaps in Katherines voordeel te zijn verschoven. Ondertussen houdt huishoudster Anna alles stiekem in de gaten, glurend door een sleutelgat, terwijl ze de terugkeer van haar meester afwacht.
De acteerprestaties in deze dramathriller zijn zonder uitzondering van een hoog niveau. Vooral actrice Florence Pugh bewijst met haar meedogenloze invulling van de rol van Katherine dat zij de reeds uit het buitenland toegezwaaide lof meer dan eens verdient. Knap is vooral hoe zij het publiek weet mee te nemen in haar transitie van onschuldig slachtoffer naar gewetenloze dader, waarbij de sympathie voor haar personage gelukkig niet verloren gaat. Bovendien hoeven haar gedachtes niet constant te worden uitgesproken, ze zijn gewoon van haar gezicht af te lezen. En dat is toch in essentie waar acteren om zou moeten gaan.
Debuterend speelfilmregisseur William Oldroyd doet op zijn beurt iets wat niet veel nieuwkomers aandurven: de film op zo veel mogelijk punten strippen tot de ware essentie overblijft. Hij maakt nauwelijks gebruik van muzikale ondersteuning, verstrekt geen nutteloze achtergrondinformatie, maar durft gewoon de beelden voor zich te laten spreken. Zelfs op de momenten dat er helemaal niets gebeurt, maakt hij geen gebruik van foefjes of kunstgrepen. Zo is de dodelijke verveling waarmee Katherine dagelijks kampt, gevangen in prachtige beeldcomposities, die stuk voor stuk een gouden omlijsting verdienen.
Huiveringwekkende beelden weet Oldroyd eveneens op te roepen, hoewel die er nét even anders uitzien dan gebruikelijk in dit genre. Zo richt Katherine de loop van een geweer in de richting van de camera om een paard dood te schieten (het gehinnik van het stervende dier doet je nekharen heel even overeind staan). Een klein puntje van kritiek is er ook, want het slotstuk is nét niet bijtend genoeg om van William Oldroyds film een potentiële klassieker te maken. Een einde waarbij de bioscoopbezoeker met een steen in zijn maag de zaal verlaat, zou namelijk best passend zijn geweest, gezien de duistere aard van het verhaal. Desalniettemin is Lady Macbeth een welkome aanvulling op het lijstje dramafilms die zich afspelen in de negentiende eeuw; een unieke cocktail van seksuele drift en moordzucht.