Dwelling in the Fuchun Mountains is een Chinees familie-epos, geïnspireerd op het gelijknamige schilderij uit 1350 van Huang Gongwang. Regisseur Gu Xiaogang neemt de tijd om zijn ontroerende familieverhaal te vertellen met poëtische beelden van een enorme visuele schoonheid.
Huang Gongwang leefde en werkte ten tijde van de Yuan-dynastie (1279-1368). Zijn schilderij Dwelling in the Fuchun Mountains beeldt het landschap van de gelijknamige bergen in zuidelijk China af, en het leven daarop. Op een rol van bijna zeven meter wisselen de seizoenen elkaar af. Het landschap en het leven veranderen mee, dankzij het perspectief dat telkens muteert over horizontale en verticale lijnen, hoe verder je op het schilderij kijkt.
Gu Xiaogang bootst deze schildertraditie na, door de camera regelmatig langs het telkens weer veranderende landschap te laten glijden, dat Huang zeven eeuwen geleden in zijn kunstwerk vastlegde. Hij doet dat met beelden die regelmatig op meerdere lagen werken, op de voorgrond, achtergrond en daartussenin. Beelden die je het liefst meermaals in de bioscoop ziet om alles in je op te kunnen nemen.
Ook omdat deze beelden soms adembenemend mooi zijn, vooral die waarin mensen opgaan in de prachtige natuur en bijna verdwijnen in het overweldigende verstrijken van de tijd. De problemen van de mensen lijken bijna nietig in vergelijking met de alsmaar veranderende en terugkerende seizoenen. Tegelijk suggereert dit dat de problemen en bijbehorende emoties van de familie Gu iets cyclisch hebben en over verschillende generaties weer zullen terugkeren.
De familie Gu bestaat in Dwelling in the Fuchun Mountains uit drie generaties: de matriarch, haar vier zonen en hun kleinkinderen, van wie meerderen de leeftijd hebben dat hun ouders over trouwen beginnen. Grootmoeder wordt ernstig ziek en heeft verzorging van haar kinderen nodig.
Terwijl de oudste zoon en zijn vrouw die last op zich nemen en later overwegen haar toch naar een tehuis te brengen, bezorgt de jongste zoon met zijn gokschulden de familie een ander soort probleem. Ondertussen proberen de kleinkinderen hun eigen weg te vinden in het leven, inclusief misschien wel trouwen uit liefde met armere mensen dan de door hun ouders voorgestelde kandidaten.
Het is knap hoe debuterend filmmaker Gu met zijn bijzondere benadering al dit drama, dat op zichzelf niet bijster origineel is, in een frisse en tegelijkertijd eeuwige en aloude context plaatst. Dat hij dat deed door amateur-acteurs over een periode van twee jaar te filmen, maakt dat alleen nog maar indrukwekkender. Overigens spenderen zij hun tijd voornamelijk in de moderne stad, en ook die wordt af en toe heel fijn in beeld gebracht, op dezelfde manier als de natuur, en tegelijkertijd ook in de context daarvan geplaatst.
Het is de bedoeling dat Dwelling in the Fuchun Mountains de eerste is van maar liefst vijf films, die Gu allemaal gaat baseren op Middeleeuwse Chinese schilderijen van Zuid-Chinese landschappen. Als ze allemaal zo mooi zullen zijn als dit eerste deel in deze reeks, dan belooft dat heel veel goeds voor het komende decennium (of langer). Hopelijk doen de volgende vier er niet zoals Dwelling in the Fuchun Mountains meer dan drie jaar over om onze bioscopen te bereiken.