Richard Gere was een van de mooiboys van de jaren tachtig en negentig. De man had onmiskenbaar de glamour en allure van een filmster, maar iedereen was het er ook wel over eens dat hij niet de beste acteur was. We zijn nu vier decennia verder en er is eigenlijk weinig veranderd, behalve dat Gere wat van zijn glamour kwijt is. De tanende sterrenstatus van de mooie opa zal best nog een paar bezoekers naar de bioscoop trekken om zijn nieuwste film Longing te zien. Arme mensen.
Met Longing maakt de Israëlische regisseur Savi Gabizon een remake van zijn eigen film Ga'agua. Het verhaal over levenskeuzes en rouwverwerking is in al zijn facetten ongepast, beledigend en eigenlijk ronduit walgelijk. Het is zo'n psychologisch onlogische vertelling dat je tot aan het eind de mogelijkheid openhoudt dat het zich allemaal in een kafkaëske realiteit afspeelt. Maar dan begint de aftiteling te rollen en besef je tot je afgrijzen dat dit een drama is zonder dubbele bodems of metaperspectief. Dat dit geen droom was, is juist de nachtmerrie.
In Longing komt een oude liefde van fabriekseigenaar Daniel na twee decennia even aanwippen om te zeggen dat zij een zoon van hem had, maar dat deze zojuist door een ongeval is omgekomen. Negentien jaar oud, zijn hele leven nog voor zich. Daniel vliegt naar de woonplaats van moeder, stiefvader en overleden jongeman en begint zich als een maniak het recht op een retrospectief, narratief en rouwverwerking toe te eigenen. Hij stalkt, manipuleert en spant een keur aan mensen voor zijn emotionele karretje, allemaal opzichtig gemaskeerd door de charmante glimlach en zalvende intonatie van Gere.
Het rare is dat het script deze engerd neerzet als de getormenteerde good guy. Hij is iemand die fouten maakt in zijn rouwproces (rond een zoon van hij nooit heeft geweten), maar daar vooral zichzelf mee heeft en waar hij ook lessen uit trekt. Wat leert hij dan? Nou, nog sterker zijn zin door te drijven en meer persoonlijke grenzen te overschrijden dan Donald J. T.
Zo begint hij de lerares Frans te stalken, want zijn zoon had een griezelige seksuele obsessie voor haar. Ook Daniel lijkt haar al bij de eerste ontmoeting te willen bespringen, het is immers Dianne Kruger. 'Zo zoon, zo vader' wil Gabizon waarschijnlijk zeggen en dat biedt hem kennelijk de gelegenheid om een naakte Kruger in een droomscène de liefde te laten bedrijven met een schuin dak. Niet op een schuin dak, maar mét een schuin dak. Als hier al een diepere laag in zit, is het een hele onverkwikkelijke.
Daniel idealiseert en verdedigt de overledene op stuitende wijze tegen alle berichten in dat de jongeman gewoon een afgrijselijke persoonlijkheid had en in feite een stalker, misbruiker en kinderverkrachter was. Voor geen enkel personage in deze film valt trouwens ook maar een greintje sympathie op te brengen. Iedereen gedraagt zich opdringerig en egoïstisch. Je zou kunnen zeggen dat rouw dat met mensen doet, maar ook de 'positieve' momenten van catharsis en inzicht staan bol van de impliciete toxiciteit die de regisseur overduidelijk niet onderkent.
Een praatje maken met een andere rouwende op een kerkhof om vervolgens over je eigen verlies te beginnen is vreselijk ongepast, maar wordt in Longing gebracht als een mooie ontmoeting. Hetzelfde geldt voor een barman die aan een gast vraagt waar diens ruzie over ging en zelf de nodige invulling geeft. Raar, naar, maar in deze film helaas waar. Longing bevat vrijwel zonder uitzondering onnatuurlijke, onsympathieke dialogen, waarin vreselijk laatdunkend wordt gedaan over sproeten, mankheid en depressie.
Het slotstuk van deze film slaat werkelijk alles. Het behelst een traditie binnen een bepaalde cultuur die Daniel zich niet alleen toe-eigent, maar ook op een achterbakse manier anderen opdringt. De 'zuiverende' scène waar alles toe leidt is zo grotesk en een van de personages wordt zo vreselijk geschoffeerd, dat je je afvraagt of je toch niet stiekem naar een komedie zit te kijken. Een hele enge komedie.