In de bioscoop kom je ze weinig tegen, maar er zijn in de filmgeschiedenis heel wat vreemde werkjes gemaakt. Speelfilms waar vrijwel alles apart aan is: het verhaal, de manier waarop het verteld wordt, de muziek, enzovoort. Als het een goed vreemd werkje is hou je er misschien een grote carrière aan over, zoals David Lynch, Terry Gilliam en Darren Aronofsky. Of de maker van Sputum daarop mikt is niet bekend. Creatief is het zeker, maar de originaliteit zit de film ook in de weg.
In de toekomst is de wereld ten onder gegaan aan onzichtbare wezens die mensen doden via een parasitaire schimmel - de 'Bloom'. De overlevenden zijn verdeeld in twee kampen: de rijke Antieken en de onderdrukte Bakelieten. Onder die laatste groep bevinden zich de Odds, wiens spuug bescherming biedt tegen de Bloom. De Antieken melken dit spuug onder dwang, maar Jimin, een van de Odds, heeft een plan om te ontsnappen aan dit regime.
Wat fijn dat het in Nederland mogelijk was om deze film te realiseren. Op romantische komedies na wil de genrefilm niet echt van de grond komen. Sciencefiction al helemaal niet, zeker niet wanneer het op een ontoegankelijke en Engelstalige manier wordt gepresenteerd. Aan de andere kant is de minimalistische stijl van deze productie vast de redding geweest, want er was duidelijk amper een budget.
Vrijwel alle scènes zijn donker, slechts belicht door meestal een enkele lichtbron. Misschien dat er een set was, maar het merendeel is opgenomen in oude bouwvallen en in ieder geval een champignonkwekerij. De speelduur is vrij kort, met een beknopte aftiteling. Veel geld was er niet nodig om dit te realiseren. Schrijver-regisseur Dan Geesin heeft ook zelf onder een pseudoniem de muziek verzorgd.
Door dat laatste rijst wel de vraag: heeft Geesin deze film bedacht om een verhaal te vertellen, of om beelden te tonen als excuus voor een (wellicht reeds gecomponeerde) soundtrack? Het zou niet de eerste keer zijn dat een muzikant voor zichzelf alvast de noten klaar heeft voor een denkbeeldige film. Hoe dan ook, Geesin heeft in ieder geval een passende auditieve begeleiding voor zijn beelden.
Hij heeft ook nagedacht over de wereld die hij heeft gecreëerd. Neem bijvoorbeeld de taal. Waarschijnlijk omdat Dan Geesin in Londen is geboren, koos hij voor Engels als voertaal. Maar hier en daar zit een woordje Nederlands. Vooral de Engelse woordkeuze is stilistisch en consistent. De taal wordt erg ouderwets toegepast middels woorden zoals 'poppycock' en de mensen zijn erg van het rijmen. Bepaalde uitdrukkingen hebben woorden vervangen, zoals 'sliced and diced' voor vermoord worden.
Echter, in deze inventiviteit schuilt ook het gevaar van gebrek aan logica. Neem de belichting: is het gewoon altijd duister buiten of bevinden de personages zich altijd binnen of ondergronds? En waarom volgt het licht de personages? Als Jimin ergens naartoe loopt, dan beweegt het buitenbeeldse spotlicht met hem mee. Leuk voor de sfeer, die minimale verlichting, maar het voelt niet organisch.
Het geldt vooral voor het plot. Je bent zo afgeleid door proberen te volgen wat er gebeurt, dat je geen ruimte hebt om erbij betrokken te zijn. Terwijl je kijkt moet je ontcijferen wat de personages bedoelen met wat ze zeggen en wat dat in deze werkelijkheid allemaal betekent. Je vraagt je voortdurend af waarom iets is zoals het is.
De antagonist is Dominic Dom. Een 'Dom' is een functie, alhoewel niet helemaal duidelijk welke. Dominic heeft de leiding over het spuug melken van de Odds. De Odds worden als vuil behandeld en tot junks gemaakt door ze te belonen met drugs. Als die Odds de redding van de mensheid zijn, waarom is hen dan geen luxe leven gegund? Dan geven ze met plezier hun spuug in ruil voor rijkdom. Maar nee, Dominic vermoordt ze liever.
We zien Jimin ook werken aan een of ander goedje. Hij heeft een onzichtbaar Bloom-wezentje gevangen in een pot, en halverwege de film injecteert hij zijn uitvinding, waaraan het beestje lijkt te overlijden. Heeft Jimin een verdelgingsmiddel bedacht tegen de Bloom? Geen idee, dit onderdeel van het plot komt niet meer terug. Wat je krijgt is een laatste akte die je koud laat omdat je niet weet wat het plan of het doel is.
Sputum is kritiek op plasticvervuiling. Dat is belangrijk en nobel. Maar als verhaal is hij te vaag om in mee te gaan. Je kunt het mee naar huis nemen, over nadenken, en als het bezinkt kun je er waardering voor hebben. Maar dat is minder bevredigend dan ter plekke in de bioscoopstoel. Alsof je naar een restaurant gaat zonder iets te kunnen proeven, om pas later, hangend boven de toiletpot, te kunnen uitroepen: "O, dat eten smaakt lekker!". Zo hoort het niet te gaan, en het is net zo onsmakelijk als de vele shots van Jimin die zijn kwijl uit zijn mond laat lopen.