De Legende van Samoerai Henk
Recensie

De Legende van Samoerai Henk (2022)

Matige geintjes in een genrerijk jasje.

in Recensies
Leestijd: 3 min 15 sec
Regie: Robert Minkoff | Scenario: Nate Hopper | Cast (stemmen): Buddy Vedder (Henk), Murth Mossel (Jimbo), Frits Lambrechts (Shogun), Charly Luske (Ika Chu), Romy Winters (Emiko), Simon Zwiers (Chuck), Rob van de Meeberg (Ogha), e.a. | Speelduur: 98 minuten | Jaar: 2022.

In een land waar alleen maar katten wonen probeert Henk de hond zijn droom om samoerai te worden waar te maken. Algauw wordt hij benoemd tot samoerai van het honden hatende dorpje Kakamucho. Wat Henk alleen niet weet, is dat zijn nieuwe baan deel uitmaakt van een groot kwaadaardig plan om het dorp van de kaart te vegen. Hoewel Henk geen ervaring heeft als samoerai, leert hij van gepensioneerd samoerai Jimbo toch hoe hij zijn samoeraitaken moet vervullen. Samen proberen deze onwaarschijnlijke vrienden Kakamucho te redden van totale ondergang.

De Legende van Samoerai Henk heeft veel ambitie. De film mixt typische elementen van westerns en film noir met klassieke samoeraifilms, maakt gebruik van verschillende flashbackstijlen en behandelt boeiende racismethema's. Daarmee neemt de film veel hooi op de vork en blijft er vrij weinig over van een substantieel verhaal.

De film is erg zelfbewust. Zo doorbreekt hij meerdere keren de vierde muur om de kijker rechtstreeks aan te spreken. Andere films doen dat vaak om het personage extra smoel te geven (American Psycho, Ferris Bueller's Day Off, Deadpool, etc.), maar hier is het slechts een punchline voor een geintje dat niet echt werkt omdat er geen aanloop is. De film probeert dat zelfbewustzijn ook weer te geven door op meerdere momenten te benoemen dat het verhaal afgerond moet worden binnen vijfentachtig minuten. Hoewel dit de eerste keer een kleine grinnik teweegbrengt, wordt het grapje na meerdere keren redelijk flauw.

Ook met de thema's lukt het helaas niet om een sterke impressie achter te laten. Als hond in een land van katten probeert de film racisme aan de kaak te stellen. Henk is (letterlijk) op elk vlak de zogeheten underdog. Toch is het voor de kijker moeilijk om met Henk te sympathiseren. Hij maakt keuzes die hem duur komen te staan en zijn trots en populariteit stijgen hem naar het hoofd. Hoewel dit niet een raar fenomeen is in films over underdogs, blijft de film iets te lang hangen bij deze negatieve kanten van Henk. Uiteindelijk zorgt dit er dus voor dat hij wat onsympathiek uit de verf komt.

Het gevolg van het langdradige middenstuk is dat het uiteindelijke einde wat gehaast gaat. De film gebruikt deze relatief korte tijd ook niet heel verstandig. Door te kiezen voor veel grote actiescènes raakt de emotionele climax ondergesneeuwd. In de gauwigheid lukt het ook niet om de moraal omtrent racisme sterk over te brengen en verlaagt de film zich door een personage die woord voor woord te laten uitspreken. De kijker krijgt de moraal dus wel mee, maar het voelt als lui schrijfwerk.

Ondanks dat het scenario her en der een steekje laat vallen, heeft de film zeker ook zijn sterke kanten. Ten eerste ligt de kwaliteit van de animatie niet ver van huidige Disney- of Dreamworks-films. De meeste personages hebben een leuk en uniek design dat goed past bij hun persoonlijkheid. Hoewel Henk in eerste instantie een beetje gewoontjes overkomt, is zijn Kill Bill-kimono een leuke toevoeging. Ook de keuze om verschillende kunststijlen te mixen maakt het lastig om je ogen van het beeld af te houden. Daarnaast leent de combinatie van genreconventies zich goed voor een leuke introductie en uitbreiding van personages zoals Sumo en Jimbo.

De Legende van Samoerai Henk barst dus van de ambities en imperfecties. Het verhaal is slordig geschreven zonder dat de zelfbewuste geintjes die zelden landen dat kunnen verbergen. Op visueel vlak is de film van goede kwaliteit met gave actiescènes en leuke, slapstickachtige humor. Als je echter een goede film wilt zien over een pluizige kluns die uitgroeit tot held van de stad door met zijn vrienden een kwaadaardige kat te verslaan... kijk dan nog een keertje Kung Fu Panda.