De pogingen van filmstudio Sony om goedlopende filmreeksen van de grond te krijgen, slagen vaker niet dan wel. Dat maakte het des te verrassender dat men twee jaar geleden ineens flink beet had met Jumanji: Welcome to the Jungle. Deze onverwacht leuke film wist qua bioscoopopbrengst bijna een miljard dollar om te zetten, waardoor het niemand verraste dat er direct een vervolg in productie ging. Evenmin verrassend is het eindresultaat, dat in alles exact de film is die we konden verwachten: een angstig op veilig spelend vervolg met dezelfde cast, dezelfde regisseur en grotendeels dezelfde schrijvers die met het verhaal louter bekend terrein verkennen.
Dat is spijtig, want het was vooral de nieuwe insteek die het vorige deel leuk maakte. Voor de oplettende kijker waren er weliswaar verwijzingen naar de eerste Jumanji van dik twee decennia eerder, maar qua verhaal, thematiek en setting kon nauwelijks worden gesproken van een vervolgfilm. In plaats van een bordspel dat tot leven kwam, was er ditmaal een videogame die zijn spelers vrij letterlijk opzoog en pas liet gaan wanneer ze het spel hadden uitgespeeld. Een dergelijk contrast schept verwachtingen, maar helaas blijkt men ditmaal enkel geïnteresseerd in het herhalen van het vorige deel. En dus zitten dezelfde vier tieners al snel weer gevangen in dezelfde videogame, waarin ze de wereld weer moeten redden van een kwaadaardig clubje alvorens te kunnen terugkeren naar de echte wereld. Zo blijkt maar weer: hoe groter het succes, des te meer het vervolg een slaaf is van de formule.
Het enige wat een beetje afwijkt in Jumanji: The Next Level, is dat er wat is gehusseld in de avatars die de tieners in de videogame hebben gekregen. Dat heeft onder meer te maken met de uitbreiding van het vertrouwde gezelschap in de vorm van een tweetal kibbelende bejaarden. Dat zorgt aanvankelijk nog voor wat frisse materie, aangezien de oudjes terechtkomen in de lichamen van Dwayne Johnson en Kevin Hart. Beide heren krijgen daarmee zowaar wat te acteren, in pogingen hun menselijke tegenhangers (vertolkt door Danny DeVito en Danny Glover) te imiteren. Maar waar de vorige film het lichaamsverwisselingsgenre nog opvallend goed wist te benutten voor zowel humor als persoonlijke groei, is het ditmaal niet veel meer dan een komisch bedoeld gebeuren dat al snel gaat irriteren.
Toch zou dat nog best te vergeven zijn geweest als de film het daarbij had gelaten en de kijker er maar mee moest leren leven dat de hoofdrolspelers van de vorige film zich anders gedragen omdat ze ditmaal worden 'gespeeld' door andere personages. Maar dat was blijkbaar te veel gevraagd. Aldus is er zowaar een punt in de film waarop de personages besluiten dat ze niet kunnen aarden in hun nieuw verkregen avatars, waarna ze maar besluiten terug te keren naar de status quo van de vorige film. Haast alsof de makers roepen: "Zo, we hebben de minimaal vereiste hoeveelheid variatie gehad. Nu gauw terug naar hoe het voorheen was."
Welcome to the Jungle was met een kleine twee uur al aan de iets te lange kant, maar The Next Level is zowaar nog enkele minuten langer terwijl het verhaal alleen maar dunner is geworden. Daarmee begint de lengte na het eerste uur steeds meer voelbaar te worden, wat voor een vlot bedoelde avonturenfilm nogal een handicap is. Het helpt dan ook zeker niet dat scènes zelden meer dan één ding pogen te doen. Actie, komedie, emotie, uitleg; de betere avonturenfilm mixt per scène op zijn minst twee van dergelijke elementen, maar The Next Level houdt alles het liefst zoveel mogelijk gescheiden. In de climax wordt op een zeker moment zelfs letterlijk alles stilgelegd zodat twee personages hun persoonlijke kwestie kunnen bespreken. Het is allicht beter dan helemaal geen persoonlijke uitdieping, maar het vergt geen enorm talent om deze conversatie te laten voeren terwijl de film gewoon verdergaat.
Met lage verwachtingen valt er mogelijk nog best te genieten van The Next Level. De actiescènes zijn immers lang niet onaardig en de acteurs hebben zichtbaar plezier in hun regelmatig veranderende rollen. Maar dat blijft een nogal povere uitkomst, gezien het feit dat Welcome to the Jungle liet zien dat films als deze meer kunnen zijn dan de som der delen. Dat maakt dit vervolg in zekere zin een slachtoffer van zijn voorganger. Dit vervolg bestaat vanwege het succes van dat deel, maar dat succes kwam grotendeels door een verrassing die je niet kunt reproduceren door alles maar te herhalen. Om publiek te trekken moet echter juist zoveel mogelijk de associatie worden gezocht met het voorgaande deel, wat leidt tot vergelijkingen die dit vervolg niet kan doorstaan. Misschien had men dus beter weer twintig jaar kunnen wachten op een goed idee in plaats van een snel succes na te jagen...