Hollywood laat zich soms van zijn ironische kant zien. Wie had ooit gedacht dat Michael Bay - de ongekroonde koning van het luidruchtige popcornvermaak - zijn naam zou verbinden aan een film waarin alles juist draait om stil zijn? Hij treedt op als producent, maar gelukkig heeft zijn fascinatie voor explosies geen invloed gehad op het eindresultaat. Alle lof gaat naar acteur en regisseur John Krasinski, die met A Quiet Place een beklemmend horrordebuut heeft afgeleverd.
Om twee redenen is A Quiet Place - voor Hollywoodbegrippen - zelfs behoorlijk gewaagd te noemen. In de eerste plaats omdat de personages in de film nauwelijks met elkaar praten, maar alleen communiceren in gebarentaal en op fluistertoon. Deze manier van handelen hangt nauw samen met het op afstand houden van een dreigend gevaar uit de omgeving. Slechts in een paar scènes kunnen de personages het zich veroorloven om hardop te praten of schreeuwen. Door de voortdurende spanning - die al enorm stijgt door het geluid van een speelgoedvliegtuigje - is de film nergens te betrappen op een saai moment.
In de tweede plaats is het verrassend dat de makers niet zwichten voor de verklaringsdrang, die mogelijk afbreuk zou doen aan het mysterie rondom de monsters. Alleen een strategisch geplaatst A4-tje op een prikbord geeft enkele speerpunten prijs. Meer moet je eigenlijk ook niet willen weten, want deze helleploerten - wederom een fraaie creatie van de CGI-kunstenaars van Industrial Light and Magic - vormen niet de emotionele kern van de film.
In de basis gaat A Quiet Place over een vader die zijn gezin tegen elke prijs wil beschermen voor het kwaad uit de buitenwereld. De moeilijkheid is dat het lot van zijn kinderen niet geheel in zijn handen ligt, maar voor een groot deel afhankelijk is van hun eigen bereidheid tot zelfbeheersing. Als zijn zoon en dochter bijvoorbeeld besluiten om weg te lopen en in een impulsieve bui hun woede uiten, dan kan de vader niets meer doen om hen uit de kaken van de monsters te redden.
John Krasinski speelt de rol van vader Lee met volle overtuiging. Zodra hij zijn wijsvinger naar zijn lippen brengt om een ander tot stilte te manen, weet je dat het menens is. Daarnaast maken een aantal getalenteerde actrices hun opwachting, waarbij vooral Millicent Simmonds een speciale vermelding verdient. Simmonds speelt een doof meisje dat de ernst van de situatie alleen maar kan peilen door naar andermans gezichtsuitdrukkingen te kijken. De wetenschap dat deze jonge actrice in het echte leven ook doof is, maakt haar acteerprestatie des te intenser.
Jammer genoeg treedt A Quiet Place richting het einde wel steeds meer in de voetsporen van een doorsnee genrefilm. De 'jump scares' voelen wat goedkoop aan en ondermijnen het originele concept van de film. Ook lijkt de doordachte manier van handelen een beetje verloren te gaan. Zo krijgt een sluimerend familieconflict een afwikkeling die wel erg dramatisch aandoet.
Niettemin is het een uitstekend idee om A Quiet Place met een bioscoopbezoekje te vereren. Er valt veel plezier te beleven aan de eenvoudige, maar effectieve opzet van de scènes. Je hoeft bijvoorbeeld geen horrorkenner te zijn om weten dat die spijker in de keldertrap een keiharde belofte is: daar zal vroeg of laat iemand met zijn blote voet in stappen en het uitgillen van de pijn.