Het is o zo verleidelijk om een trilogie af te sluiten met een bombastische actiefilm. Meer personages, meer explosies, meer grootschaligheid. Matt Reeves weet echter al deze verleiding te weerstaan en maakt van War for the Planet of the Apes een kleinschalige en intieme oorlogsfilm.
Zelfs de opening van de film, een spectaculaire confrontatie tussen een van de laatste mensenlegers en Caesars kolonie, is vrij ingetogen. Na drie lappen tekst die ons herinneren aan het verhaal van Rise en Dawn, schakelt Reeves over naar een actiescène met minimale dialogen en sterke visuele verhaalvertelling. De camera richt zich op helmen met teksten als 'Monkey Killer' erop of zweeft boven het slagveld. Niet voor de beste blik op een of andere explosie, maar om een bepaalde toon neer te zetten en het gevecht schilderachtig in beeld te brengen.
Er klinken geluiden van bioscoopbezoekers die War forThe Planet of the Apes beschuldigen van misleidende marketing. Een blik op de poster en men verwacht gigantische legers die tekeergaan in een gevecht om de aarde. Sommige mensen zijn hierdoor teleurgesteld en vinden het uiteindelijke resultaat geen echte oorlogsfilm. Het hangt af van je interpretatie van het woord. Al zijn er geen actiescènes van drie kwartier, het is wel degelijk een oorlogsfilm. Eentje die inzoomt op de ethiek van een oorlog.
Het past geheel bij Caesar, een van de meest sympathieke filmpersonages in de afgelopen tien jaar dankzij Andy Serkis' indrukwekkende acteerwerk. Ditmaal krijgt hij de kans Caesar wat minder onberispelijk te maken wanneer hij een menselijke legercommandant genadeloos aanvalt. Voorheen wilde de idealistische Caesar vrede behouden en werd hij vaak gedwongen tot actie tegen mensen of andere apen. Maar nu is Caesar uit op wraak en realiseert hij zich dat zijn intenties angstvallig veel gaan lijken op die van Koba, de agressieve aap uit de vorige filmdelen. De derde film gaat dan ook in op het idee dat oorlog een product is van escalatie, wraak en emotie. Caesar moet zichzelf afvragen waar de grens ligt tussen verantwoorde wraak en zinloos bloedvergieten. Het is misschien niet het type oorlogsfilm dat iedereen verwacht, maar het is een passende afsluiter voor de trilogie die het meer gooit op thema dan actie.
Het is tevens vrij zeldzaam dat een trilogie niet ten onder gaat aan ambitie. In plaats van een overdosis personages, locaties en een wirwar van verhaallijnen, gaan we op een roadtrip met een viertal apen die echt een band hebben. Uitgebreide dialogen en oneliners maken veelal plaats voor gebarentaal en het merendeel van de film speelt zich af op afgelegen plekken. Het enige nadeel aan al die intimiteit is dat de film het apenuniversum minder uitbouwt en minder veelzijdig lijkt dan de vorige twee films. Bovendien heeft de mensheid dit keer niet veel tegenstand te bieden; alleen het personage van Woody Harrelson wordt naar voren geschoven als menselijk doelwit. Hij is weliswaar een prima tegenpool voor Caesar en zijn morele kwesties, maar als geheel biedt de derde film minder conflicten tussen mensheid en apen. Vreemd genoeg is dat juist de charme van dit derde deel, dat niet Rise en Dawn probeert te overtroeven, maar ons iets nieuws voorschotelt en een waardige afsluiter wil zijn.
War for the Planet of the Apes sluit mooi aan op de klassieke films, geeft Caesar een sterke karakterboog en kent een poëtisch einde voor de mensheid. Met fantastisch acteerwerk, prachtige (computer)beelden, gedoseerde actie en bovenal personages met diepgang. Een echte oorlogsfilm, met emotionele impact in plaats van nodeloze explosies. Daarmee is War for the Planet of the Apes een zeldzaam geval, het laatste deel in een reeks blockbusters met inhoud. Al zijn de moderne Planet of the Apes-films niet per se ondergewaardeerd, ze verdienen meer lof in de dagelijkse discussie dan ze krijgen. Helemaal nu Caesars ijzersterke trilogie compleet is.